Iraakse politiek volledig verlamd
Sinds jaren wordt gesteld dat de veiligheidssituatie in Irak direct verbonden is met de politieke malaise in het land. Alles wijst er momenteel op dat het politieke proces in Bagdad volkomen gestagneerd is. Met alle gevolgen van dien voor de veiligheid in het toch al geteisterde Arabische land.
Nadat ISIS-rebellen vorige maand de stad Mosul veroverden, riep de Iraakse premier Nuri al-Maliki het parlement in spoedzitting bijeen. Hij wilde de noodtoestand laten uitroepen, maar dit mislukte omdat de meerderheid van de parlementariërs niet kwam opdagen. Niet alleen soennitische en Koerdische afgevaardigden lieten verstek gaan, maar ook sjiitische tegenstanders van de Iraakse premier. Zij stellen Maliki als hoofd van de Iraakse strijdkrachten direct verantwoordelijk voor de bijna volledige ineenstorting van het leger in het noorden van Irak.
Er verschenen rapporten waarin een onthutsend beeld wordt geschetst van de verregaande corruptie binnen het Iraakse leger. Verantwoordelijke officieren ontvingen bijvoorbeeld maandelijks financiële bijdragen vanuit Bagdad die bedoeld waren om voedsel te kopen voor hun brigade die op papier uit 600 soldaten bestond. De brigade bleek echter in werkelijkheid slechts 200 soldaten te tellen en de officieren staken het resterende bedrag in eigen zak. Er bleken zelfs op papier bestaande legeronderdelen te worden gefinancierd die er helemaal niet waren. Functies binnen het leger gingen bovendien niet naar de meeste gekwalificeerde personen, maar werden feitelijk verkocht aan de hoogste bieder.
Op 1 juli kwam het Iraakse parlement voor de eerste keer na de verkiezingen bijeen. Er dienden een nieuwe parlementsvoorzitter, een nieuwe president en een nieuwe premier te worden gekozen. En dat in deze volgorde. Al na een kwartier begonnen de parlementariërs weg te lopen, en bij gebrek aan voldoende aanwezigen werd de volgende vergadering uitgesteld tot ergens in augustus. Dit ergerde veel bondgenoten van Irak. Onder vooral zware Amerikaanse druk werd besloten om zondag een nieuwe vergadering te beleggen. Maar het is nu al duidelijk dat er ook dan geen enkel besluit zal worden genomen.
Het politieke proces in Bagdad is volkomen verlamd en volgens vele waarnemers dient er allereerst een opvolger voor te worden gevonden voor premier Maliki, die binnen Irak te veel vijanden heeft gemaakt. Maliki blijkt echter vastbesloten voor een derde termijn te gaan, omdat zijn partij bij de laatste verkiezingen als veruit de grootste uit de bus kwam.
Sinds enkele dagen doen geruchten de ronde dat er in Bagdad een staatsgreep zou worden voorbereid. In dit verband wordt de naam genoemd van Abdulamir al-Shumanni, de militaire commandant van de Iraakse hoofdstad. Het Iraakse leger lijkt volkomen gedemoraliseerd en in het land ontbreekt momenteel ieder politiek leiderschap. De militaire coup zou beogen het bestuur in Irak te herstellen.
De sjiitische generaals zien Irak momenteel uit elkaar vallen, terwijl de politiek totaal niet functioneert. Het parlement weigert te vergaderen, er bestaat geen enkele overeenkomst over een nieuwe premier, en de Iraakse president Talabani verblijft sinds bijna twee jaar in een ziekenhuis in Duitsland.
Het mag in dit verband opvallend worden genoemd dat er in Amerikaanse media momenteel gespeculeerd wordt over de mogelijkheid dat Ahmad Chalabi wellicht de nieuwe premier van Irak wordt. Chalabi zou de steun van een aantal Amerikaanse senatoren hebben, alhoewel zijn naam bepaald niet vrij is van smetten. Het was met name Chalabi die de Verenigde Staten voor de invasie van 2003 van informatie voorzag over de Iraakse massavernietigingswapens, die later niet bleken te bestaan. Naderhand werd vermoed dat Chalabi in het geheim voor Iran werkte. Dit laatste suggereert dat Teheran wellicht akkoord gaat met Ahmad Chalabi als alternatief voor huidig premier Maliki.
Ondertussen gaat de opmars van het extremistische ISIS (Islamitische Staat in Irak en de Levant) in zowel Irak als Syrië onverminderd voort, en ook hier is een aantal vraagtekens bij te plaatsen. Veel inwoners van het Midden-Oosten vragen zich af waarom de Verenigde Staten met al hun satellieten niet hebben waargenomen dat ISIS bezig was om zich voor te bereiden op een groot militair offensief.
Deze vraag won aan urgentie nadat recentelijk het hoofd van de veiligheidsdienst in de Iraakse autonome Koerdische provincie verklaarde dat zijn dienst al maanden geleden de Verenigde Staten en Engeland had gewaarschuwd dat een aanval van ISIS aanstaande was. In beide landen werd hierop echter totaal niet gereageerd.