Commentaar: Burgemeesters terecht klaar met vuurwerkoverlast
Het is nog lang geen oud en nieuw, maar gemeenten denken nu al na over de vraag hoe ze de vuurwerkoverlast eind van het jaar kunnen beperken. Er zijn inderdaad genoeg redenen om daar vroeg mee te beginnen. Het ”landelijk overleg vuurwerk” gisteren in Hilversum, waarbij alle 32 gemeenten met meer dan 100.000 inwoners aanwezig waren, vormt een goede aanzet om tot concrete maatregelen te komen.
Aan de gastheer, de Hilversumse burgemeester Broertjes, zal het niet liggen. Hij steekt zijn nek op dit gebied graag uit. In zijn gemeente moet komende jaarwisseling het centrum vuurwerkvrij zijn. Het liefst heeft Broertjes zo’n bepaling voor de hele stad, maar dat is op dit moment niet haalbaar.
Het voorbeeld van Hilversum krijgt in ieder geval navolging. Dat is de winst van het overleg dinsdag. Een aantal gemeenten –hoeveel precies is nog niet bekend– gaat komende jaarwisseling vuurwerkvrije zones instellen. Wordt daar toch vuurwerk afgestoken, dan kan de politie een boete uitdelen. Het is duidelijk: gemeenten zijn helemaal klaar met de overlast, de schade en ook het fysieke leed dat vuurwerk elk jaar veroorzaakt.
Die reactie is terecht. Het resultaat na de laatste jaarwisseling kan niet anders dan triest worden genoemd: één dode, tientallen gewonden, honderden arrestaties en voor miljoenen euro’s schade. Het is volstrekt helder dat hier ingegrepen moet worden. Maar hoe? Dat blijkt een lastige vraag. Het afsteken van vuurwerk is zo’n diep gewortelde traditie in ons land dat elke discussie erover moeizaam verloopt. Dat is echter geen reden om ervoor weg te lopen.
Dat hebben de burgemeesters dinsdag in Hilversum goed begrepen. Zij verdienen alle steun bij hun streven om de schade van vuurwerk, zowel fysiek als financieel, in te dammen. Het is daarom teleurstellend dat de Tweede Kamer vorige week besloot het aantal verkoopdagen voor vuurwerk niet te beperken. Dat was drie en blijft drie.
Het al dagen van tevoren afsteken van vuurwerk geeft overal in het land veel ergenis. Het is een gemiste kans dat de Kamer de mogelijkheid om hier iets aan te doen niet beter heeft benut. De enige verscherping komende jaarwisseling is dat vuurwerk pas vanaf 18.00 uur op oudjaarsdag mag worden afgestoken in plaats van vanaf 10.00 uur. Hopelijk blijft het niet bij deze maatregel, maar volgen er meer stappen in de goede richting.
Intussen gaat de burger gewoon z’n gang. De vuurwerkverkoop steeg afgelopen jaar met 10 procent tot 67 miljoen euro. Nergens in Europa verloopt de oudjaarsnacht heftiger dan in Nederland. Jammer dat die schaamteverwekkende constatering niet wat meer gewicht in de schaal legt in Den Haag.
Kabinet en Tweede Kamer tonen tot nu toe weinig belangstelling voor de mogelijkheid om gemeenten lokaal meer vrijheid te geven om vuurwerkoverlast aan te pakken. Begin dit jaar vroeg burgemeester Aboutaleb van Rotterdam daarom namens de vier grote steden. En in de Kamer pleit onder andere de ChristenUnie hiervoor. Deze signalen verdienen meer steun.