Dat zei de burgemeester donderdag. Het gaat om enkele „juridische en feitelijke aspecten in de uitspraak”, waar Van der Laan eventueel meer duidelijkheid over wil. Hij heeft 6 weken om beroep in te stellen. Een uitspraak van de Raad van State zou ook duidelijkheid kunnen geven bij andere gemeenten, zei hij. Tegelijkertijd gaat hij het vonnis van de rechtbank „vanzelfsprekend” uitvoeren.

De rechter oordeelde eerder op de dag dat Van der Laan zorgvuldiger had moeten zijn bij de verstrekking van de vergunning voor de sinterklaasintocht vorig jaar. Hij had beter naar de grieven van de tegenstanders van Zwarte Piet moeten luisteren, concludeerde de rechtbank, die stelde dat Zwarte Piet kwetsend is voor veel zwarte Amsterdammers.

Van der Laan heeft in maart en mei nog overleg gevoerd met de tegenstanders en de stichting die de intocht organiseert. Hij heeft goede hoop op „een harmonieuze oplossing” over de intocht. „Zwart Piet moet minder zwart en minder knecht zijn.” Er wordt bijvoorbeeld over gesproken over een rol van Zwarte Piet als „general manager” bij het kinderfeest. „Hopelijk hebben we binnen een paar jaar een niet-racistische piet, die geen Zwarte Piet meer heet.”

Hij zet in op een „stapsgewijze en geleidelijke verandering” van het kinderfeest. „Het is een maatschappelijk probleem, dat je maatschappelijk moet oplossen.”

De burgemeester zei dat hij ook veel e-mails heeft gekregen van voorstanders van Zwarte Piet. „Er moet ook rekening worden gehouden met Amsterdammers voor wie Zwarte Piet een belangrijk onderdeel is van de traditie.” Van der Laan zei dat degenen die de intocht organiseren „tot de allerliefste Amsterdammers behoren die nu opeens in een hoek worden gedrukt. Ze zijn vrijwillig aan de slag om de kinderen een leuk feest te bezorgen.”