Raad van Kerken bepleit VN-onderzoek christenvervolging
AMERSFOORT. De Verenigde Naties moeten een onderzoek instellen naar christenvervolging in het Midden-Oosten. Dat bepleit de Raad van Kerken woensdag in een brief aan partijen in de Tweede Kamer.
De kerken stellen dat de ontwikkelingen in het Midden-Oosten aanleiding geven tot „grote zorg. Met name de onderdrukking, verdrijving en zeer gewelddadige vervolging van christenen in vele landen in het Midden Oosten springt daarbij in het oog.”
Volgens de raad is het recente uitroepen van een islamitisch kalifaat „het zoveelste bewijs” dat de positie van christenen onder druk staat. Terwijl „het christendom 20 eeuwen lang een plaats heeft gehad in een wereld die als zijn bakermat gezien kan worden.”
De Raad van Kerken in Nederland doet juist een beroep op de Tweede Kamer, omdat die de regering en de internationale gemeenschap kan aansporen om op te komen voor minderheden in het Midden-Oosten.
De brief is ondertekend door drs. H. J. van Hout, voorzitter van de Raad van Kerken in Nederland, en dr. A. J. Plaisier, scriba van de Protestantse Kerk in Nederland.
De Rooms-Katholieke Kerk deed in 2011 al een beroep op de Verenigde Naties om actie te ondernemen tegen christenvervolging. Uit vorig jaar verschenen onderzoek blijkt dat wereldwijd zo’n 100 miljoen christenen niet uit kunnen komen voor hun geloof.