De Dow-Jonesindex eindigde de handelsdag 0,1 procent hoger op 16.737,53 punten. De S&P 500-index won 0,2 procent tot 1927,88 punten, terwijl de Nasdaq 0,4 procent steeg tot 4251,64 punten. Het was overigens de 16e keer dit jaar dat de S&P 500-index op een recordstand sloot.

Voorbeurs was gebleken dat de werkgelegenheid in het bedrijfsleven in mei veel minder hard groeide dan voorzien. Loonstrookverwerker ADP meldde een toename van 179.000 banen, waar werd gerekend op 210.000. De cijfers van ADP lopen vooruit op de officiële cijfers over de arbeidsmarkt in de Verenigde Staten die de Amerikaanse overheid vrijdag publiceert.

Ook werd bekend dat de Amerikaanse arbeidsproductiviteit in het eerste kwartaal met 3,2 procent daalde, terwijl de arbeidskosten stegen en het handelstekort uitkwam op het hoogste niveau in 2 jaar.

Hoogtepunt van de handelsdag was echter de bekendmaking van het zogeheten Beige Book van de centrale bank, een maandelijks rapport over de stand van de Amerikaanse econonomie. Uit het rapport van de Federal Reserve bleek dat die expansie de afgelopen weken verder aantrok.

Het aandeel Protective Life steeg 18,1 procent. De Japanse levensverzekeraar Dai-Ichi Life Insurance neemt zijn branchegenoot over voor omgerekend bijna 4,2 miljard euro. Door de transactie ontstaat de op 12 na grootste verzekeraar ter wereld. Bij de financiële fondsen waren Prudential Financial (plus 2,4 procent) en MetLife (plus 3 procent) opvallende winnaars.

De euro was 1,3599 dollar waard, tegen 1,3620 bij het sluiten van de Europese markten. Een vat Amerikaanse olie werd 0,2 procent goedkoper op 102,43 dollar. Brentolie zakte 0,5 procent in prijs, tot 108,33 dollar per vat.