Dijsselbloem blij met verlies PVV
DEN HAAG (ANP). PvdA-minister Jeroen Dijsselbloem (Financiën) vindt het verrassend dat de PVV „fors” heeft verloren bij de Europese verkiezingen. Dat „heeft mij ook wel verblijd”, zei hij vrijdag voorafgaande aan de ministerraad.
Dijsselbloem is niet ontevreden over de resultaten van de PvdA, die ondanks verlies drie zetels lijkt te behouden. „Dat is goed nieuws. Daar hebben we hard voor gewerkt. Daar ben ik blij mee.” PvdA-minister Lodewijk Asscher (Sociale Zaken) noemde de uitslag voor zijn partij „niet goed, maar wel conform verwachting”. Ook zijn partijgenoot Ronald Plasterk (Binnenlandse Zaken) vindt het verkiezingsresultaat voor de PvdA niet goed.
PvdA-minister Jet Bussemaker (Onderwijs), die ook hoopt dat de PvdA de drie zetels vasthoudt in de definitieve uitslag van zondag, zei blij te zijn „dat een pro-Europese partij als D66 heeft gewonnen en een zeer anti-Europese partij als de PVV verloren lijkt te hebben”. Haar VVD-collega Jeanine Hennis-Plasschaert (Defensie) is blij „dat de pragmatische koers die ik zelf voorsta als het om Europa gaat, z’n weerklank vindt in de Nederlandse samenleving”.
PvdA-minister Frans Timmermans (Buitenlandse Zaken) is verheugd dat twee derde van de kiezers gelooft in Europa. Een derde steunt volgens hem echter partijen die met hun rug naar Europa willen staan. Die mensen moeten ervan worden overtuigd dat Nederland er zonder de EU echt niet beter van wordt, zei de bewindsman.
Veel ministers betreurden de lage opkomst bij de verkiezingen voor het Europees Parlement. Ongeveer 37 procent van de kiezers ging naar de stembus, bijna vergelijkbaar met vijf jaar geleden. Timmermans, die als minister verantwoordelijk is voor Europa, trekt zich dat aan. „Het is iets waar we hard aan moeten werken”, zei hij. De minister wil ervoor zorgen dat Europa niet alleen in verkiezingstijd aandacht krijgt, maar gedurende de hele periode van 5 jaar dat dit Europees Parlement er zit. Timmermans hoopt daarom dat hij nog zo lang mogelijk minister van Buitenlandse Zaken kan zijn. „Ik wil niet naar Brussel”, benadrukte hij nog maar eens.