Op 30 meter hoogte door de Nieuwe Kerk van Delft (fotoserie)
De Nieuwe Kerk in Delft staat in de steigers. Donateurs die een stevig steentje bijdragen aan de restauratie kunnen een toer maken over de trappen en planken. Hoog in de kerk. Een belevenis op niveau.
Op het plein voor de Nieuwe Kerk prijzen de marktkooplui hun waar aan. Toeristen haasten zich langs de Delftse hoogtepunten. Veel van hen stappen ook de eeuwenoude kerk binnen.
Binnen is er rust, ondanks de vele bezoekers die er een blik komen werpen op het praalgraf van de Oranjes.
Op de achtergrond klinken echter bouwgeluiden. Ze komen hoog uit de kerk. Daar worden plafonds, muren, glas-in-loodramen en ook het leiendak gerestaureerd.
Daarom staat er in de kerk een grote steiger. Hij valt niet erg op. Uitgangspunt was dat de kerk tijdens de restauratie in functie moest kunnen blijven en dat het praalgraf –de trekker– zichtbaar zou blijven, vertelt Wilco Blaak, verantwoordelijk voor de exploitatie van de Oude en de Nieuwe Kerk in Delft, beide eigendom van de hervormde gemeente.
Hij opent een onopvallende deur in de zwarte wand die om de steigervoet staat: het begin van een flinke klim over kleine trapjes en laddertjes naar boven. Een paar steigeretages hoger hangt een bouwvakker door een raam. Hij is bezig de herplaatsing van een groot glas-in-loodraam voor te bereiden.
Vlak onder het dak zijn medewerkers van aannemerij Den Hoed –ze hebben al veel oude kerken onder handen genomen– aan het werk. De één is aan het voegen, twee anderen zijn bezig met het houten dak.
Nog twee etages hoger staan de steigerbeklimmers vlak onder het door Jakob Por (1882-1947) beschilderde plafond van het koorgedeelte. Ergens ver beneden moet het praalgraf staan. „Dat is niet te zien. Alles is goed afgeschermd. Zodat er niets naar beneden kan vallen.”
Op één plek valt daglicht naar binnen. Een deurtje. Het voert naar de grote steiger aan de buitenkant van het koor en het transept. Daar zijn leidekkers bezig. In hoog tempo. Voordat er een bui komt, moet het hout weer bedekt zijn.
De leien zijn stuk voor stuk te doneren. Eén voor 2,50 euro. Zo zijn meer bouwelementen te sponsoren via oudeennieuwekerkdelft.nl: een baksteen voor 1 euro, een stukje gebrandschilderd raam voor 5, een orgelpijp voor 25 euro. „Wie 150 euro of meer doneert krijgt van ons als tegenprestatie deze toer over de steigers aangeboden.”
Een unieke kans, zegt Blaak. „Na de zomer wordt de ‘zwevende’ steiger weer uit de kerk verwijderd. Nu kun je dingen tot in detail bekijken. Dat kan straks pas weer over tachtig jaar, bij de volgende restauratie.”
Totaal kost de restauratie van de Nieuwe Kerk 11 miljoen euro. Daarvan is 8 miljoen toegezegd door de overheid. De rest moet de hervormde gemeente zelf bij elkaar brengen. Dat is nog een hele klus, merkt Blaak. Maar elk gedoneerd leitje of steentje is er een.