„Vaticaan heeft Hitler onderschat”
Het Vaticaan heeft de gevaren van het nationaal-socialisme onderschat. Het beoordeelde de machtsovername door Hitler in 1933 op basis van „simplistische ideeën die geen rekening hielden met de lokale historische werkelijkheid.”
Dat schrijft de jezuïet Giovanni Sale in La Civiltá Cattolica, het gezaghebbende tijdschrift van de Italiaanse jezuïeten. Sale baseert zich op archiefstukken van de pauselijke ambassades in München en Berlijn uit de periode 1922-1939. Het Vaticaan heeft die documenten onlangs vrijgegeven voor onderzoek.
Het Vaticaan ging er volgens Sale ten onrechte van uit dat Hitlers nationaal-socialistische partij haar antichristelijke toon zou matigen als ze eenmaal in de regering zou zitten.
Sale citeert uit brieven van de pauselijke ambassadeur in Duitsland, mgr. Orsenigo, die er op aandrong dat de Duitse bisschoppen „voor het welzijn van de kerk” tot een compromis met de nazi’s zouden komen. De bisschoppen hadden rooms-katholieken eerder verboden lid te worden van de nationaal-socialistische partij of erop te stemmen. Na een gesprek met Hermann Göring schreef Orsenigo aan het Vaticaan dat hij eventueel een bemiddelende rol op zich wilde nemen.
Over de parlementariërs van de rooms-katholieke partij Zentrum die in 1933 voor de wet stemden waarmee Hitler de absolute macht naar zich toetrok, schrijft Sale dat die „te goeder trouw” gehandeld hebben. „Ze wilden de rust bewaren.”