Kerk & religie

Rik Peels: Theologie kan niet zonder waarheidsclaim

GRONINGEN. Moet de theologie haar claim op de waarheid opgeven om relevant te kunnen blijven in de huidige cultuur? „Absoluut”, stelt prof. dr. Ruard Ganzevoort. „Spreken over waarheid staat de relevantie eerder in de weg dan dat het helpt.” „Nee”, zegt dr. Rik Peels. „Geloofwaardige en relevante theologie kan niet zonder waarheidsaanspraak.”

Van een medewerker
24 April 2014 12:17Gewijzigd op 15 November 2020 10:16
Prof. dr. R.A. Ganzevoort, hoogleraar praktische theologie aan de Vrije Universiteit en Eerste Kamerlid voor GroenLinks, debatteerde woensdagavond in Groningen met filosoof en theoloog dr. R. Peels over de relatie tussen theologie en waarheid. Beeld Arjen
Prof. dr. R.A. Ganzevoort, hoogleraar praktische theologie aan de Vrije Universiteit en Eerste Kamerlid voor GroenLinks, debatteerde woensdagavond in Groningen met filosoof en theoloog dr. R. Peels over de relatie tussen theologie en waarheid. Beeld Arjen

Ganzevoort, hoogleraar praktische theologie aan de Vrije Universiteit en Eerste Kamerlid voor GroenLinks, debatteerde woensdagavond in Groningen met filosoof en theoloog Peels over de relatie tussen theologie en waarheid. Het debat, georganiseerd door de studenten van Yir’at ’Adonay, het Groningse dispuut van de CSFR, gold als afsluiting van het jaar­thema ”postmodernisme”.

Ganzevoort deed vorig jaar met name in de orthodoxe kerkelijke kringen veel stof opwaaien met zijn pamflet ”Spelen met heilig vuur’. Door middel van dit pamflet, dat geschreven werd in het kader van ”De nacht van de theologie 2013”, zoekt de hoogleraar naar nieuwe wegen om de theologie relevant te laten zijn. Hierbij gaat het volgens hem niet om theologen die de waarheid in pacht hebben en het „nog één keer uitleggen”, maar om theologen die oude en nieuwe spirituele bronnen aanboren en van betekenis voorzien.

Relevantie

Voor een goed gevulde zaal gaf de Amsterdamse hoogleraar rekenschap van zijn positie. Hij constateerde dat grote, klassieke begrippen zoals zonde, genade, het heil of de drie-eenheid door veel mensen niet meer verbonden kunnen worden met de dagelijkse levende werkelijkheid, waardoor de relevantie verdwijnt. De worsteling en kernvraag is voor hem dan ook hoe de verbinding tussen religieuze taal en de dagelijkse werkelijkheid kan worden gelegd.

Ganzevoort betwijfelt of het klassieke religieuze spreken over God, waarbij allerlei waarheidsclaims worden gedaan, ook daadwerkelijk iets over God zegt. „Wat wij waarheid noemen, zegt dat echt iets over God? Neem nu de drie-eenheid, dat is een menselijke constructie over hoe wij het beste over God spreken, maar is God nu echt zo? Is God niet totaal anders, en is de kennis van God niet voorbij ons kennen?”

Heilige momenten

In tegenstelling tot het oude spreken over God vanuit de openbaring en met een beroep op de waarheid stelt hij voor om op zoek te gaan naar „heilige momenten”, zoals de geboorte van een kind of het naderen van de dood. Verschillende wijsheidstradities, van het christendom tot tegeltjes aan de muur, wijzen de weg in de omgang met deze momenten, aldus de hoogleraar. „Het gaat er niet om dat theologen zeggen hoe God is, maar over hoe mensen met het heilige –en dat mag je van mij God noemen– omgaan en er door veranderd worden.”

Versmald

Dr. Peels deelt de zorg van zijn opponent dat de theologie mensen in een plurale samenleving moet helpen op zoek te gaan naar wijsheid. Zijn verwijt richting zijn Amsterdamse collega bestaat hieruit dat de functie van de theologie tot dit zoeken naar wijsheid wordt versmald.

Peels –die vorig jaar samen met dr. Stefan Paas het boek ”God bewijzen” publiceerde– noemde een aantal redenen waarom het volgens hem onwenselijk is dat de theologie haar waarheidsclaims laat vallen. In de eerste plaats wees hij op het gevaar van inconsistentie wanneer alle waarheidsclaims worden opgeheven. Dit kan immers niet zonder zelf allerlei waarheidsclaims te doen. Een ander gevaar is dat theologie op deze manier onwetenschappelijk wordt omdat wetenschap, inclusief theologie, altijd op zoek is naar waarheid.

Peels’ belangrijkste argument is dat je op deze manier eigenlijk zegt dat de God van de Bijbel niet bestaat. „Stel dat er een God bestaat, volkomen goed en machtig, Die ons heeft gemaakt. Is het dan niet erg waarschijnlijk dat wij hem zouden kunnen kennen?”

Wat uiteindelijk overbleef, waren twee theologen met een gedeelde zorg om relevante theologie, met een tegenovergestelde visie op de mogelijkheid van het kennen van God en het spreken over God.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer