Recensie: Muziekbox violist Theo Olof
De nieuw verschenen cd- en dvd-box over Theo Olof maakt duidelijk dat deze bescheiden meesterviolist behoort tot de grootste vioolvirtuozen die ons land ooit heeft gekend.
In onze Nederlandse muziekcultuur doet zich het eigenaardige verschijnsel voor dat, naast een sterk gewortelde klassiekemuziektraditie, de behoefte bestaat om muziek uit te voeren waarvan de inkt amper droog is. Men wil niet achterlopen en met name de media willen laten zien dat ze de jongste muziek van eigen bodem serieus nemen. De schaduwzijde van deze praktijk is dat veel waardevols uit het recente verleden vergeten dreigt te worden. Wie kent nog muziek van componisten zoals Willem Pijper, Ton de Leeuw, Tristan Keuris en Henk Badings, om er maar enkelen te noemen.
Daarom alleen al voorziet de cd/dvd-box over violist Theo Olof (1924-2012), samengesteld door Okke Dijkhuizen, in een lacune. Wie anders dan deze bescheiden meesterviolist heeft zich zó voor de Nederlandse muziek van zijn generatie ingezet?
Olof nam de uitdaging aan nieuwe stukken in studie te nemen om er op het podium een lans voor te breken; repertoire waar soms niemand op zat te wachten. Daarvoor is moed nodig en veel doorzettingsvermogen. Daarom is deze box, waarop maar liefst elf vioolconcerten uit de twintigste eeuw zijn te beluisteren, zeer welkom.
Omdat Olof door velen werd gekoesterd als de sympathieke violist die zo genoeglijk kon vertellen, zag men zijn enorme potentie als kunstenaar weleens over het hoofd. In deze box wordt in elk geval duidelijk dat hij tot de grootste vioolvirtuozen moet worden gerekend die ons land ooit heeft gekend. Voor mij sprongen in dit opzicht de vioolconcerten van Britten en Henkemans eruit.
Britten is ronduit schitterend uitgevoerd, met een zinderend Koninklijk Concertgebouworkest onder leiding van Kondrasjin (beluister de uitwerking van het klopmotief in de cadens!). Maar ook de muziek van Henkemans krijgt hier een bevlogenheid die haar haast boven zichzelf doet uitstijgen. Wat in Olofs benadering van deze soms razend moeilijke muziek opvalt, is zijn beheersing, zowel in technisch als in muzikaal opzicht.
Dat Olof ook een groot vertolker was van het ‘ijzeren repertoire’ bewijzen de opnames van de derde sonate van Brahms en het vioolconcert van dezelfde componist; het laatste op dvd. En dan kijk je Olof toch ook weer in het hart bij zijn keuze van de cadens: niet de bekende van Joachim, maar de totaal onbekende van zijn leraar Oskar Back. Nathan Milstein zei daar ooit van, nadat de jonge Olof de cadens aan hem had voorgespeeld: „Mooi, maar voor mij te moeilijk…”
En zo komen we vanzelf op het boekje ”Daar sta je dan weer”, dat degene die deze box aanschaft er gratis bij krijgt. Olof doet daarin op smakelijke wijze verslag van zijn reizen en concerten op de meest onmogelijke plaatsen binnen en buiten ons werelddeel. Ook vertelt hij hoe hij op wonderbaarlijke wijze tijdens de oorlog drie keer een arrestatie misliep. Een beetje pijnlijk is het dan te vernemen dat hij wel in de bescherming van een hogere macht geloofde, maar met het geloof verder niets had.
De box is keurig uitgevoerd en voorzien van een stijlvol gebonden booklet (Nederlandse tekst) waarin de uitgevoerde werken door middelsvan korte citaten van de solist worden toegelicht. Ook bevat het booklet een interview waarin Olof over enkele gedenkwaardige episodes uit zijn leven vertelt.
Een waardig eerbetoon aan een ”fijnbesnaard mens” die grote dingen tot stand heeft gebracht. Zonder Olof was er waarschijnlijk nooit een Radio 4 gekomen en was het element ”beschaving” in omroepland in de als-het-maar-leuk-is-cultuur ten onder gegaan.
Theo Olof – Violinist; DOCUMENT (DOC 201301); 5-cd + 2-dvd; incl. herdruk pocketboekje ”Daar sta je dan opnieuw”, door Theo Olof; € 49,95; www.documuziekproductie.nl
Hans Kox (opname 1976)
Lex van Delden (opname 1978)
Johannes Brahms (opname 1971)
Béla Bartók (opname 1970)