Het eerste wat opvalt, aldus Latinobarometro, is dat in al de onderzochte achttien landen van Latijns-Amerika, behalve in de Dominicaanse Republiek en Mexico, het katholicisme terrein moest prijsgeven. Tegelijkertijd nam het percentage protestanten toe. „Het blijkt trouwens dat mensen die de Rooms-Katholieke Kerk (RKK) verlaten, doorgaans niet agnost of atheïst worden, maar tot een andere religie overgaan.” Cuba viel buiten het onderzoek.

In negen Latijns-Amerikaanse landen ligt het katholicisme nog steeds boven de 70 procent, zodat het de godsdienst van de meerderheid is, in drie is het ruim 60 procent en in twee landen ligt het op zo’n 50 procent.

De groei van het protestantisme hield gelijke tred met de afkalving van het rooms-katholicisme. In vier landen ligt het aantal protestanten nu boven de 30 procent: in Guatemala (40), Honduras (41), Nicaragua (37) en El Salvador (31). De grootste toename bij de protestantse kerken komt uit de armere sectoren. De protestanten hebben over de hele linie meer vertrouwen in hun kerk(en) en zijn aanwijsbaar meer praktiserend, staat er in het rapport.

Het is nog te vroeg, aldus het rapport, om te bekijken of door het bewind (sinds maart 2013) van de uit Latijns-Amerika afkomstige paus Franciscus de percentages sterk wijzigen. Wel lijkt het van invloed te zijn op het vertrouwen dat de RKK als instituut geniet. Na een daling van 76 naar 64 procent tussen 1996-2011, steeg dat naar 73 procent in 2011-2013.

Hoewel de levensstandaard in de regio omhoogging, leidde dat niet tot eenzelfde sterke secularisatie als in andere delen van de wereld, concludeert Latinobarometro. „In Latijns-Amerika blijft religie voor de overgrote meerderheid een factor van zeer groot belang. Uitzonderingen zijn het sterk seculariserende Chili en Uruguay.”