„Discriminatie op werk vaak door onwetendheid”
DEN HAAG (ANP). Over discriminatie op de werkvloer bestaat veel onwetendheid. Veel gevallen komen voort uit vooroordelen en zijn onbedoeld. Overheid, werkgevers en vakbonden moeten zorgen voor meer bewustwording van discriminatie en van de rol van vooroordelen. Een landelijke campagne, training en voorlichting kunnen daaraan bijdragen. Ook kan het College van de Rechten van de Mens een rol spelen.
Dat staat in een ontwerp-advies van de Sociaal-Economische Raad (SER), het belangrijkste adviesorgaan van het kabinet op sociaaleconomisch gebied. De SER, bestaande uit werkgevers, werknemers en onafhankelijke kroonleden, stelt het advies op 25 april vast.
Volgens het advies, dat eerder al deels uitlekte, moet de overheid meer aandacht hebben voor klachten over discriminatie op het werk. De rol van de Inspectie SZW, de vroegere Arbeidsinspectie, moet daarvoor worden uitgebreid. Ook zouden ondernemingsraden meer kunnen doen om discriminatie te voorkomen en tegen te gaan. Bijvoorbeeld door het instellen van spreekuren, anonieme meldingsmogelijkheden en het aanstellen van vertrouwenspersonen.
Vakbonden en werkgevers willen, met steun van het kabinet, ook een handvest maken met afspraken over een actief ‘diversiteitsbeleid’ op de werkvloer. Dat moet leiden tot meer waardering van de verschillen tussen mensen.
In maart constateerde het Sociaal en Cultureel Planbureau dat allochtonen veel vaker werkloos zijn dan autochtone Nederlanders. Dat zou voor een deel komen door discriminatie. Minister Lodewijk Asscher van Sociale Zaken kondigde maatregelen aan, maar zei nog te wachten op het SER-advies.