Gert-Jan Segers (CU): Waarheid met Christus aan het kruis genageld
In de Waalse Kerk in Den Haag wordt iedere derde dinsdag van de maand een residentiepauzedienst gehouden. Een Haagse predikant spreekt een meditatie uit, waarna een politicus van een van de christelijke partijen een toespraak houdt. Afgelopen dinsdag sprak Gert-Jan Segers (ChristenUnie).
Als je ergens wilt zien hoe de waarheid in onze wereld soms wordt toegedekt, als je ergens wilt zien hoe de leugen regeert, kijk dan vooral eens naar de wereld van de prostitutie.
Pas vertelde Linda me haar indrukwekkende verhaal. Hoe ze onder de indruk was geraakt van een charmante man, die haar na een tijdje de prostitutie in had geslagen. Ze vertelde over hoe ze gedwongen achter de ramen van de Amsterdamse wallen zat en geen uitweg meer zag. Geslagen, gebutst, vernederd. Het bizarre was, zo vertelde ze me, dat ze soms oprecht blij kon zijn als ze een dag goed had verdiend. Ze was nota bene zelf in de leugen gaan geloven.
Dit soort mensonterende situaties in de prostitutie wordt verhuld met bedrieglijke woorden. Bedrieglijke woorden zoals vrijheid, ”betaalde liefde” en ”dames van plezier”, terwijl prostitutie bitter weinig te maken heeft met vrijheid, met liefde en met plezier. In ieder geval niet voor de vrouwen die achter de ramen zitten en hun lichaam voor geld aanbieden.
Het verhaal van Linda laat zien hoe de leugen van de wallen vaak als waarheid wordt verkocht. In dit geval is het de leugen dat prostitutie een kroonjuweel van vrijheid zou zijn. Het is de leugen dat liefde te koop is, dat mensen handelswaar zijn. Je ziet de totale omkering van de waarheid. Het is de wereld waarin de zegen van seksualiteit zomaar een vloek wordt, waarin een daad van liefde een daad van haat wordt, waarin vrijheid omslaat in moderne slavernij. En duizenden vrouwen zoals Linda zijn er inmiddels het slachtoffer van geworden. Geslagen, gebutst en vernederd.
Zo’n 2000 jaar eerder was het een man die te schande stond. Ze hadden Hem een doornenkroon op Zijn hoofd gezet om Hem flink pijn te laten lijden en ze hadden voor de gein Hem een koningsmantel omgedaan. Daar stond Hij, Jezus, de zogenaamde koning tegenover de heerser van Zijn tijd. Pilatus. Geslagen, gebutst en vernederd.
„U bent dus koning?” zei de machthebber vol ongeloof, kijkend naar Jezus met Zijn bebloede nepkroon en de bebloede nepkoningsmantel. „U zegt het”, zei de lijdende Man.
En dan volgen er cruciale woorden. Woorden van een Man wiens lot zo bezegeld zou worden, woorden van een machteloze Man Die spoedig aan een kruis zou sterven. Jezus zegt dan: „Ik ben geboren en naar de wereld gekomen om van de waarheid te getuigen, en ieder die de waarheid is toegedaan, luistert naar wat ik zeg” (Johannes 18:37, NBV). Tegenover de leugen van de wereld staat hier de Waarheid Zelf, in al Zijn kwetsbaarheid.
De Man Die zieken genas, hongerigen brood gaf, Die zondaars hun zonde vergaf, Die als Hij uitgescholden werd niet terugschold, Die als Hij geslagen werd niet terugsloeg.
Hier staat de waarheid in haar zuiverste vorm, maar ook dit keer regeert de leugen. De overheidsdienaar Pilatus wast zijn handen in onschuld, laat heel democratisch de meerderheid over het lot van Jezus beslissen en het volk verklaart de onschuldige schuldig. Zo wordt de waarheid met Jezus aan het kruis genageld en gaat die waarheid met Jezus het graf in. Het lijkt de definitieve overwinning van de leugen.
Alle ellende in deze wereld is ooit begonnen met een leugen. De duivel spiegelde Adam en Eva voor dat ze als God zouden worden en dat Gods waarschuwing tegen ongehoorzaamheid niets voorstelde en dat ze helemaal niet zouden sterven (Genesis 3:4-5). Het was het begin van een intense strijd, een strijd die nog altijd voortwoedt. En het is erop of eronder, een strijd op leven en dood. Jezus typeert Gods tegenstander ook als iemand die „vanaf het begin een moordenaar is geweest”, als „de vader van de leugen” (Johannes 8:44). De leugenaar wil dat mensen stuk gaan aan zijn leugens, dat ze eraan sterven.
Daartegenover belooft Jezus zijn volgelingen: „U zult de waarheid kennen, en de waarheid zal u bevrijden” (Johannes 8:31-32). Het gevecht tussen waarheid en leugen is een gevecht dat nog steeds voortwoedt. Er zijn zo veel leugens in onze cultuur en zo vaak geloven wij ze als waarheid. Dat je alleen van waarde bent als jong, gezond en hoogopgeleid bent. Dat je alleen mooi bent als je voldoet aan de standaarden van de gefotoshopte plaatjes van het reclamebureau. Dat een ongeboren baby’tje alleen maar een vruchtje is, een klompje cellen. Dat een kind met downsyndroom eigenlijk beter niet geboren had kunnen worden. Dat geld gelukkig maakt. Dat veel alcohol een voorwaarde is voor gezelligheid Dat mensen te koop zijn. Dat je heel veel dingen moet kopen die je eigenlijk niet nodig hebt om indruk te kunnen maken op mensen die eigenlijk niets om je geven. Dat God fictie is en Jezus niet meer was dan een soort managementgoeroe.
Het is in dit gevecht tussen waarheid en leugen dat Jezus’ volgelingen wordt gevraagd zich niet aan te passen aan deze wereld. Paulus schrijft: „U moet veranderen door uw gezindheid te vernieuwen, om zo te ontdekken wat God van u wil en wat goed, volmaakt en hem welgevallig is” (Romeinen 12:2). Paulus schrijft hier letterlijk over een metamorfose die volgelingen van Jezus moeten ondergaan. Daarmee zijn ze opgenomen in de genoemde strijd. Het is allereerst de strijd tegen de leugens in ons eigen leven, zodat de waarheid ons werkelijk vrij kan maken. Maar er is ook de roeping om buiten te getuigen van de waarheid. Dat is geen strijd met het zwaard, maar het is het voorleven en doorgeven van het bevrijdende evangelie van Jezus Christus, van Gods waarheid over alle terreinen van het leven.
Zo zijn zendelingen uitgezonden. Streed Groen van Prinsterer voor onderwijsvrijheid, streed William Wilberforce voor afschaffing van de slavernij, streed Dietrich Bonhoeffer tegen het nazisme, streden bisschop Tutu en dominee Beyers Naudee tegen apartheid en voor gelijke behandeling van alle rassen, heeft Anne van der Bijl naast vervolgde christenen gestaan in hun onderdrukking in naam van communisme en van islam. En zo zijn wij geroepen advocaten te zijn van de waarheid, van het leven, van kwetsbaren, van de slaven van onze tijd. Zijn we opgenomen in de strijd voor de waarheid en tegen de leugen. Maar ook een strijd waarin we soms slappe knieën hebben, moe worden of geïntimideerd raken.
Goddank hangt die strijd ook niet van ons af. De ultieme strijd werd namelijk gevoerd door Jezus Christus. Toen Hij in de woestijn op de proef werd gesteld door de duivel, toen Hij getest werd door de geestelijke leidslieden van Zijn tijd. En toen Jezus door de machthebber Pilatus ondervraagd en berecht werd.
De waarheid leek op Goede Vrijdag ten onder te gaan aan de leugen. Want de leugen regeerde en trok aan het langste eind. Jezus werd gekruisigd. Totdat het Pasen werd.
De strijd tussen leugen en waarheid gaat door, maar dankzij Jezus is de oorlog al gewonnen. Dat maakt alle verschil. Het verschil tussen dood en leven. Laten we daarom in waarheid leven en het leven dienen.
De auteur is Kamerlid voor de ChristenUnie.