Bied jongere hoop op baan
Bijbelse hoop geeft jongeren op de arbeidsmarkt zekerheid, stelt Niels Rook.
De jeugdwerkloosheid in Nederland bedraagt 17 procent. Bijna een op de vijf jongeren komt dus niet aan de bak. „De jeugd heeft de toekomst”, zei men vroeger. Tegenwoordig hebben we het over een generatie die verloren dreigt te gaan. Over jongeren die maar niet aan de slag kunnen. Het is hoog tijd voor ideeën om daar iets aan te doen. Wat moeten en kunnen wij deze jongeren bieden? In elk geval hoop.
Het bieden van hoop is belangrijk, al levert dat niet meteen een baan op. In hoop schuilt namelijk een grote kracht. Wie hoopt, heeft moed. Jongeren mogen weten dat God hen wil vasthouden, met of zonder baan. Hun identiteit hangt dan niet meer af van een baan.
Hoop is niet hetzelfde als optimisme of de overtuiging dat iets goed zal aflopen. Hoop geeft zekerheid: het is zinvol om door te gaan, afgezien van de afloop of het resultaat.
Vertrouwen
De wetenschap dat er hoop is in God is bevrijdend. Het geeft moed om los te laten en je open te stellen voor alternatieve wegen. Daardoor zouden er op enig moment zomaar deuren kunnen opengaan waarvan je had gedacht dat ze onherroepelijk dicht waren.
Het kan echter zijn dat ze dicht blijven, en houd daar dan ook rekening mee. God gaf Abraham de belofte van een zoon, maar hij moest lang wachten, tot hij oud was en de omstandigheden om een zoon te krijgen er niet gunstiger op werden. Echter, God bleef trouw en loste Zijn belofte in.
Zo is het ook met de jongere en het perspectief op een arbeidsplek. Niet in die zin dat je ervan uit kunt gaan dat er na hoe lang wachten ook uiteindelijk altijd wel een mooie baan voor je komt. Wat dat betreft kan de moed je aardig in de schoenen zinken. Maar toch mag je vertrouwen dat je op de plek zult komen waar je hoort. Ook al lijkt de situatie uitzichtloos, jongeren mogen beseffen dat hun identiteit voor God niet afhangt van een baan.
„Hoop is ergens voor werken, omdat het goed is. Niet alleen omdat het kans van slagen heeft”, zo dichtte de bekende Tsjechische oud-president Vaclav Havel.
Bruggen
Het mag echter niet blijven bij het wijzen op hoop. We moeten ook aan de slag om kansen te creëren voor jongeren. Er zijn wel degelijk concrete oplossingen voor de jeugdwerkloosheid te bedenken die de moeite van diepere bezinning waard zijn.
Daarvoor is de bereidheid van alle generaties nodig. Ook die van de vijftigers en zestigers. Als we de problemen nu niet oplossen, ontstaat er op korte termijn een kloof tussen oud en jong op de arbeidsmarkt. Daarom is het nodig om bruggen te slaan tussen ouderen en jongeren, met de bedoeling de solidariteit tussen generaties te versterken.
In de nabije toekomst zijn drie jonge- ren van nu verantwoordelijk voor tien AOW’ers. Als zij geen start kunnen maken op de arbeidsmarkt, kunnen ze die zware verantwoordelijkheid financieel niet dragen. Laten we met elkaar niet wanhopen, maar hopen op betere tijden en jongeren laten weten dat ze geen verloren generatie zijn.
Voorstellen
Dat gezegd hebbend kom ik tot twee voorstellen. In de eerste plaats: er gaat veel overheidsgeld naar intermediairs en jobcoaches om jongeren aan een baan te helpen. Haal dit geld ertussenuit en bestem het voor werkgevers, die daarmee gedurende anderhalf jaar met korting een jongere in dienst kunnen nemen. Het voordeel is dat de jongere ervaring opdoet en van hieruit verder kan kijken naar een plek op de arbeidsmarkt. Zo staat hij beter voorgesorteerd. De werkgever slaat twee vliegen in één klap: hij heeft baat bij de loonheffingskorting en profiteert van fris bloed in zijn organisatie.
Voorstel 2: zoek intensief naar hybride modellen op de arbeidsmarkt. Bijvoorbeeld een onorthodox model waarbij de oudere werknemer een deel van zijn baan afstaat aan de jongere werknemer. Te denken valt aan duobanen. Daarbij faciliteert de oudere in de vorm van een deeltijd-AOW en door demotie (een stap terug naar een lagere functie). De jongere leert en ontvangt loon.
Ooit was op vergelijkbare wijze de constructie van meester en gezel in de tijd van de zogenaamde gilden een probaat middel om kennis en ervaring uit te wisselen.
Jongeren verdienen dit extra steuntje in de rug bij hun moeizame start op de arbeidsmarkt.
De auteur is bestuurder bij CGMV, een vakorganisatie voor christenen.