Cremeren plaatst christenen voor dilemma
Het aantal crematies groeit. Verschillende crematoria houden morgen een open dag, vooral voor kinderen. Speels en lichtvoetig. De verbranding van overledenen plaatst christenen voor een dilemma. Crematie bijwonen of niet? Hebben predikanten een opdracht bij crematies? „Cremeren past bij de tijdgeest.”
Op 1 april 1914, deze week honderd jaar geleden, vindt de eerste crematie in Nederland plaats. De arts dr. C. J. Vaillant uit Schiedam, hoofdbestuurslid van de Vereeniging tot invoering van de lijkverbranding in Nederland, laat zich verassen in Crematorium Westerveld. Justitie is op de hoogte, maar ondanks een wettelijk verbod wordt de actie gedoogd.
Cremeren wint aanvankelijk slechts langzaam terrein in Nederland. In 1942 koopt de vereniging een stuk grond in Zwolle voor de bouw van een tweede crematorium. Door gebrek aan bouwmaterialen in de oorlogsjaren komt de instelling echter niet van de grond. Het duurt tot 1954 voordat in Dieren een tweede crematorium z’n deuren opent.
Den Haag stemt in 1955, pakweg veertig jaar na de eerste lijkverbranding, in met een wetsvoorstel om cremeren te legaliseren. „Alleen met een speciaal codicil mag een lichaam worden verbrand”, aldus Jasper Enklaar, die onderzoek heeft gedaan naar de uitvaartpraktijk in Nederland. Een tweede lijkschouwing blijft vereist. De overheid is bang dat een crematie eventuele sporen van een misdrijf uitwist. Door een wetswijziging in 1968 vervalt het voorschrift voor een codicil. In 1995, 121 jaar na de oprichting van de Vereeniging, vervalt ook de eis voor een tweede lijkschouwing. Cremeren is daarmee officieel gelijkgesteld aan begraven.
Cremeren neemt vooral vanaf de jaren 50 een hoge vlucht; van 3501 in 1960, naar 57.130 in 1990 en 83.379 in 2012. In 2003 laten zich voor het eerst meer mensen (50,6 procent) cremeren dan begraven. Het aantal crematies stijgt in 2013 naar 61 procent, 0,8 procent meer dan een jaar eerder. Van de 141.000 overledenen laten 86.018 mensen zich verbranden, zo blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
De trend van cremeren in plaats van begraven zet waarschijnlijk voorlopig door. Over vijftien jaar laat nog maar een kwart van de overledenen in Nederland zich begraven, verwacht de Landelijke Vereniging van Crematoria. Nederland telt nu 77 crematoria, verspreid over het land.
„Cremeren past in de tijdgeest”, constateert Mark Schippers, client service director bij TNS NIPO. Het onderzoeksbureau doet elke twee jaar onderzoek naar uitvaarten in Nederland. „De maatschappij wordt individualistischer. Cremeren is individueler en gemakkelijker, vooral voor de nabestaanden.”
Ruim de helft van de ondervraagde Nederlanders geeft de voorkeur aan cremeren boven begraven om nabestaanden te ”ontzorgen”, zo blijkt uit de Uitvaartmonitor van TNS NIPO. Ook het ontbreken van (verplicht) grafbezoek en grafonderhoud worden als motieven aangevoerd. „Wie gaat er nog naar een begraafplaats om een graf te bezoeken”, vraagt Schipper zich af.
Toename
Bij de toename van het aantal crematies spelen diverse factoren een rol. „Door de ontkerkelijking valt een aantal religieuze belemmeringen weg”, verklaart voorzitter Paul Koeslag van de Branchevereniging Gecertificeerde Nederlandse Uitvaartondernemingen (BGNU). „De kerk fulmineert niet meer tegen crematies.”
Ook Schipper van TNS NIPO „sluit niet uit” dat de groei van het aantal crematies verband houdt met de vermindering van het kerkbezoek. Van de ondervraagden in de Uitvaartmonitor die kiezen voor begraven zegt nog slechts 29 procent dit te doen vanuit geloof/religie.
Prof. J. Hoek, docent aan de Christelijke Hogeschool Ede (CHE) en bijzonder hoogleraar aan de Protestantse Theologische Universiteit, ziet ook een „onlosmakelijk verband” tussen de opkomst van crematies en de tanende invloed van het christelijk geloof door secularisatie.
Bij de groei van het aantal crematies spelen ook de kosten een rol. Begraven is –over het algemeen– duurder dan cremeren. Een crematie kost –volgens een ruwe berekening op uitvaart.nl– een kleine 7000 euro. Een begrafenis, inclusief graf en onderhoud, kan al snel oplopen tot pakweg 10.000 euro.
Omdat begraven in veel gemeenten duur is geworden, kiezen steeds meer mensen voor cremeren, zo blijkt uit de Uitvaartmonitor van TNS NIPO. In twaalf jaar tijd is het aantal mensen dat waarschijnlijk kiest voor crematie omdat het goedkoper is, verdubbeld. In 2000 zei nog maar 6 procent om deze reden voor crematie te kiezen, in 2011 is dat gestegen naar 13 procent.
Prijzen verschillen plaatselijk sterk, benadrukt Koeslag vanuit de uitvaartbranche. „De prijzen voor een graf kunnen variëren van 300 tot 2400 euro. In sommige gevallen kan een crematie goedkoper uitvallen dan een begrafenis.” Een uitvaart in Nederland kost –gemiddeld– zo’n 6000 euro.
Nederland kampt sinds 2008 met een economische crisis. In een tijd waarin mensen financieel krap bij kas zitten, kan de keus tussen begraven of cremeren sneller doorslaan naar het laatste. „Zeker als het mensen niet uitmaakt of als de overledene geen voorkeur heeft uitgesproken”, aldus de BGNU-voorzitter.
Verandering
Het toenemende aantal lijkverbrandingen plaatst christelijk Nederland voor een probleem. Steeds vaker krijgen kerkmensen te maken met crematie in de directe kring van collega’s, buren en familieleden. Predikanten en voorgangers ontvangen vaker het verzoek een meditatief woord te spreken tijdens crematieplechtigheden.
De Saambinder, weekblad van de Gereformeerde Gemeenten, plaatst naar aanleiding van honderd jaar cremeren in Nederland hetzelfde artikel als bij tachtig jaar cremeren, waarbij ds. C. Sonnevelt de bijdrage van eind februari aanvult met de vraag of kerkgangers aanwezig kunnen zijn bij een crematie van een goede buur, naaste collega of direct familielid. Blijkbaar dringt deze vraag zich sterker op dan twintig jaar geleden.
De gereformeerde gezindte blijft cremeren op Bijbelse gronden afwijzen. „Begraven is de enige manier waarop wij onze geliefde doden brengen naar hun laatste rustplaats op aarde”, aldus ds. Sonnevelt. „Niet begraven wordt in de Bijbel gezien als een schandelijke daad.” Ook Christus heeft de weg van begraven willen gaan. In Zijn dood heeft Hij het graf van Zijn volk geheiligd. „De graven van Gods kinderen zijn de kroondomeinen van Christus.”
Hoewel de Bijbel geen expliciet verbod op cremeren geeft, ziet prof. Hoek een duidelijke tendens in het Oude en het Nieuwe Testament waaruit het belang van een goede begrafenis blijkt. „Het feit dat de eerste christenen zich lieten begraven is niet zomaar een keus, maar toont een Bijbelse lijn. De christelijke begrafenis heeft grote symbolische betekenis.”
Daarbij wijzen ds. Sonnevelt en prof. Hoek beiden naar het beeld uit 1 Korinthe 15, waar Paulus schrijft over het zaaien van lichamen in vergankelijkheid en opwekking in overgankelijkheid. „Een buitengewoon belangrijk hoofdstuk”, aldus ds. Sonnevelt. „Een prachtige beeldspraak”, zegt prof. Hoek. Beiden benadrukken dat deze Bijbelse beeldspraak bij cremeren volledig verdwijnt.
Verschillen
De wegen in de gereformeerde gezindte gaan uiteen bij de beoordeling van bijvoorbeeld het bijwonen van een crematie. „Wij kunnen door onze aanwezigheid of medewerking geen deel hebben aan dit door-en-door heidense gebruik”, schrijft ds. C. Sonnevelt. Kerkmensen moeten zich daarom „verre” houden van een crematorium. „Wie zwijgt stemt immers toe? Als de Schepper van hemel en aarde heeft de Heere recht op ons lichaam en onze ziel. Cremeren staat daar volkomen haaks op. Crematie is een ontkenning van de schepping. Daarom moeten we er niets mee van doen willen hebben.”
De predikant uit Krabbendijke wil ondanks zijn krachtige afwijzende houding „geen oordeel” uitspreken over mensen die aanwezig zijn geweest bij de crematie van bijvoorbeeld een nauwe familiebetrekking. Meeleven met een bedroefde familie is een plicht. Tegelijkertijd vraagt hij zich af of meeleven niet net zo goed vóór of ná de crematie kan.
Over de bijdrage van voorgangers tijdens een crematie is ds. Sonnevelt stellig. „Als een predikant meent dat hij aanwezig moet zijn bij een crematie om daar het Evangelie te laten horen, dan kunnen zijn motieven nog zo integer zijn, maar hij vergist zich schromelijk. Zijn boodschap wordt ontkracht. Hij hoort daar niet.”
Taak predikant
Prof. Hoek ziet echter juist een taak voor een predikant. „De kern van onze opdracht is om bij alle gelegenheden die zich voordoen het Woord van God te brengen. Een predikant heeft pastoraal gezien een taak om eventueel ook bij een crematie de Boodschap te brengen.”
De CHE-docent benadrukt de zware verantwoordelijkheid van een pastor. „Als een rechtzinnig predikant verstek laat gaan, neemt een ander, mogelijk zonder Bijbelse boodschap, zijn plaats in.” Hij wijst wel op het belang om als voorganger duidelijk afstand te nemen van lijkverbranding. Prof. Hoek is van mening dat een predikant door het spreken van een meditatief woord niet meewerkt aan de crematie zelf.
Ondanks zijn zwaarwegende bezwaren tegen cremeren, zou de hoogleraar niet verstek laten gaan bij een crematie. „De Bijbel kent geen gebod: ”Gij zult niet cremeren”. Dan zou het duidelijk zijn. Maar ondanks mijn moeite met crematoria, weegt mijn pastorale relatie zwaarder. Ik zou mijn moeite moeten overwinnen, maar ik mag vanuit de hoofdsom van Gods gebod –God liefhebben boven alles én de naaste als mezelf– een pastorale relatie op zo’n ingrijpend moment niet in de steek laten. Vanuit mijn verantwoordelijkheid als predikant zou ik niet wegblijven als een familie daarom vraagt.”
Verschuiving
In christelijk Nederland lijkt een verschuiving op te treden bij de manier van lijkbezorging. Gericht onderzoek ontbreekt echter. Een indicatie voor een veranderende houding zou bijvoorbeeld een peiling van eind 2011 onder honderd leden van de studentenvereniging CSFR kunnen zijn. Een op de drie CSFR-studenten zegt geen moeite te hebben met crematie. De 35 procent die niet tegen crematie is, motiveert dit met het antwoord dat begraven geen expliciet Bijbels voorschrift (23 procent) is en dat cremeren de opstanding niet verhindert (12). Twee derde vindt dat een christen zich moet laten begraven, omdat Christus ook is begraven of omdat cremeren heidens is.
Prof. Hoek zegt inderdaad een verschuiving te herkennen. De hoogleraar pleit daarom voor een grondige doordenking van de manier van lijkbezorging. „De Bijbel geeft immers belangrijke argumenten voor begraven.”
Honderd jaar cremeren in Nederland
De eerste crematie in Nederland vond plaats op 1 april 1914, deze week honderd jaar geleden. Kranten en tijdschriften reageerden destijds kritisch, zo blijkt uit historische documenten uit Digibron, het kenniscentrum gereformeerde gezindte.
„…Zoo af te reizen naar de eeuwigheid is ontzettend”, schrijft De Wekker, orgaan van de Christelijke Gereformeerde Kerken. „Maar de menschen staan nergens meer voor. We zijn nu ook in ons land al zoover dat de eerste lijkenverbranding heeft plaats gehad.”
„Terecht is in heel de Christelijke pers een protest opgegaan, nu voor het eerst in ons christelijk Nederland de lijkverbranding is toegepast”, schrijft De Heraut. Godsdienstig-staatkundig dagblad De Tijd meldt: „Aan onze Germaansche voorouders werd de lijkverbranding als een heidensche zede verboden, de van het Christendom afvallige, godsdienstlooze beschaving keert er toe terug.”
De dood moet vooral leuk zijn
Een begrafenis of crematie moet tegenwoordig vooral persoonlijk zijn. En ook leuk als het even kan. De kinderdag in de crematoria van coöperatie Draagt Elkanders Lasten (DELA) is daarom een „eeuwfeest.” Secretaris Henry Keizer van de Landelijke Vereniging van Crematoria noemt het „dapper” dat DELA zich morgen op de open dag op jongeren richt. „Vernieuwend, maar ook realistisch. Want kinderen hebben ook met de dood te maken.”
DELA zegt zich goed te hebben voorbereid. De organisatie geeft uitleg, mondeling en op schrift, in de taal van kinderen. De uitleg is „speels en lichtvoetig”, verduidelijkt DELA-woordvoerder Korneel Born. Eng moet het vooral niet worden. „De kinderen mogen niet van streek worden gebracht.”
DELA gaat in de verzorgingruimte van het crematorium kinderen schminken, in de rouwkamer kunnen ze een doodskist met krijt of wasco versieren, terwijl in de koffieruimte gelegenheid is cakejes te versieren. Buiten mogen ze ballonnetjes oplaten.
Lees ook in Digibron
„Aandeel crematies stijgt naar 70 procent”, (Reformatorisch Dagblad, 27-08-2013)
Crematie : wat zegt de Bijbel daarvan, (Reformatorisch Dagblad, 16-01-2012)
Welbeschouwd : Crematie (1), (De Wachter Sions, 13-05-2010)
Welbeschouwd : Crematie (2), (De Wachter Sions, 27-05-2010)
Een zwartgeverfde kist : Begraven of cremeren deel 1, De Waarheidsvriend, 12-04-2007)
‘Woensdag is de crematie’ : Begraven of cremeren (2 SLOT), (De Waarheidsvriend, 19-04-2007)
Voor een begrafenis : door ds. J. van Amstel, (De Wekker, 08-07-2005)
Crematie: waarom, waartoe, waarheen? : Prof dr. K. Runia: Geef mij maar een echte begrafenis, met perspectief, (Reformatorisch Dagblad, (24-11-1995#www.digibron.nl/search/detail/012de6ed0d127889565bd81f/crematie-waarom-waartoe-waarheen})
Crematie: mogen wij daarheen?, door ds. C. Sonnevelt, (De Saambinder, 30-06-1994)
Lijkverbranding, (De Heraut, 19 april 1914)
In dit artikel is de suggestie gewekt dat er een gesprek heeft plaatsgevonden tussen prof. dr. J. Hoek en ds. C. Sonnevelt. Dat is onjuist. De uitspraken van ds. Sonnevelt zijn gebaseerd op eerdere bijdragen in De Saambinder. Daarnaast kan de indruk ontstaan dat er een essentieel verschil is tussen de artikelen van ds. Sonnevelt uit respectievelijk 1994 en 2014. Ook dat is niet het geval.