Nederland pleit voor zuinige EU-begroting
Nederland dringt samen met zes andere EU-lidstaten aan op een zuinige Europese begroting voor de periode na 2006.
Dat hebben premier Balkenende en onder anderen zijn Duitse, Franse en Britse collega’s maandag geschreven in een brief aan voorzitter Prodi van de Europese Commissie, het dagelijks bestuur van de EU.
Nederland wil dat de begroting van de Unie niet boven de 1,0 procent van de omvang van de totale Europese economie uitkomt. De Europese Commissie heeft plannen om de begroting voor de periode 2007 tot en met 2013 boven die limiet uit te laten komen. In de praktijk schommelt de hoogte van de Europese begroting nu tussen de 0,9 en 1,0 procent van de Europese economie.
De EU-regeringsleiders spraken in 1999 in Berlijn af de begroting niet boven de 1,27 procent van het bruto nationaal inkomen, oftewel de totale EU-economie, te laten uitstijgen. Dat is voor landen die netto meer afdragen aan de EU dan dat ze er aan overhouden, zoals Nederland, echter al een te hoge limiet.
Europees commissaris Schreyer (Begroting) wil daar nu boven gaan zitten. De brief van de zeven regeringsleiders is dan ook een soort waarschuwing aan haar adres. Schreyer zegt meer geld nodig te hebben om de uitbreiding van de EU met tien nieuwe, hoofdzakelijk Oost-Europese lidstaten, te kunnen betalen.
Naast Nederland, Duitsland, Frankrijk en Groot-Brittannië hebben ook de andere nettobetalers Zweden, Denemarken en Oostenrijk gisteren de verklaring ondertekend. Deze zeven landen willen een vaste nettobegrenzer voor hun EU-contributie. Alleen de Britten hebben nu een soort begrenzer, waardoor zij automatisch tweederde van hun nettobijdrage terugkrijgen.
Schreyer wil in principe alle nettobetalers wel een korting of nettobegrenzer geven voor de begrotingsperiode 2007 tot en met 2013. Nederland vreest echter daar weinig aan te hebben, als de totale contributie toch weer stijgt door een veel hogere Europese begroting in het totaal.