Commentaar: Beslissing OM in zaak Deurne sluit aan bij maatschappelijke tendens
Het openbaar ministerie heeft bepaald dat de juweliersvrouw uit Deurne niet wordt vastgezet op verdenking van het doodschieten van twee mannen die een overval pleegden op de winkel van haar en haar man . De hoofdofficier van justitie heeft dit besluit genomen omdat hij meent dat er sprake is geweest van noodweer.
Inmiddels hebben verschillende juristen hierover hun verbazing uitgesproken. Zij vinden dat het OM te snel deze conclusie heeft getrokken. Volgens hen was het beter geweest als de hoofdofficier eerst opdracht had gegeven tot een zorgvuldig onderzoek. Daarnaast hebben demonstranten gisteren duidelijk gemaakt dat voor hen de juweliersvrouw geen heldin is, maar een moordenaar. Zij hoort volgens de demonstranten in de cel.
Stel dat dit laatste inderdaad was gebeurd. Dan zou een groot deel van de samenleving ontsteld zijn. Bij velen gaat de sympathie uit naar de eigenares van de juwelierszaak. Immers, zij en haar man waren het slachtoffer van een brute overval en voelden zich persoonlijk bedreigd. Hadden zij dan de onverlaten gewoon hun gang moeten laten gaan en de bedreiging van hun bezit en –vooral– van hun leven gelaten over zich heen moeten laten komen?
Het advies van de branchevereniging is inderdaad: bij een overval zo veel mogelijk meewerken om in ieder geval het eigen, vege lijf te redden. Maar die stelregel werkt niet in alle gevallen. De ene situatie is immers de andere niet.
Nu is het bepaald niet goed om bij het toepassen van het recht de emotie en het volksgevoel bepalend te laten zijn. Justitie moet een besluit nemen om al dan niet te vervolgen op basis van een analyse van de feiten en de geldende rechtsregels. Wanneer die heel duidelijk wijzen in de richting van noodweer –zoals in dit geval– is het verstandig om mensen de traumatische ervaring van opsluiting in een politiecel te besparen.
De beslissing van de hoofdofficier van justitie past overigens in een tendens in de samenleving waardoor er meer aandacht komt voor de slachtoffers. Die is zichtbaar bij rechtszaken, waar slachtoffers tegenwoordig een woordje kunnen meespreken. Daarnaast heeft het kabinet-Rutte I ervoor gezorgd dat een slachtoffer dat zich in eigen huis of zaak verweert tegen inbrekers niet meteen als verdachte worden gezien.
Ook heeft de Hoge Raad verschillende uitspraken gedaan waarbij het begrip noodweer ruimer werd geïnterpreteerd. Daarbij is ook het feit aan de orde geweest in hoeverre het gebruik van een wapen het beroep op noodweer hindert. In het zogenoemde Bijlmernoodweerarrest uit 1986 heeft de Hoge Raad geoordeeld dat het bezit en gebruik van een verboden wapen (i.c. een vuurwapen) een beroep op noodweer niet in de weg hoeft te staan. Wel volgde er een veroordeling voor het verboden wapenbezit.
Feit blijft dat het ook in het belang van de slachtoffers nodig is dat het OM de zaak Deurne verder onderzoekt. Er mag rond hen geen zweem blijven hangen dat ze zich wellicht schuldig hebben gemaakt aan een misdaad. Dat onderzoek komt ook nog, al zal het OM de genomen beslissing moeilijk kunnen terugdraaien.