Moskou vergroot militaire controle over Krim
SEBASTOPOL (ANP/EFE/RTR). Het Russische leger heeft zaterdag zijn militaire controle over het schiereiland de Krim verstevigd. Na een bestorming kregen de Russen de Oekraïense vliegbasis Belbek, nabij de havenstad Sebastopol, in handen.
Twee Russische pantservoertuigen drongen de basis binnen. Ze werden gevolgd door Russische militairen die met hun wapens in de lucht schoten. De Oekraïense militairen zijn nog enige tijd binnen de basis gebleven, maar uiteindelijk door Russische militairen naar buiten gebracht.
Eerder op de dag hadden onbekenden een andere militaire vliegbasis op de Krim, het westelijk gelegen Novofedorivka, belaagd. „Ze gooiden onder meer rookbommen naar de basis”, aldus het Oekraïense ministerie van Defensie. De Oekraïense militairen verlieten daarna de basis. Die is nu in handen van de Russische Zwarte Zeevloot.
De inwoners van de Krim stemden zondag tijdens een referendum massaal voor aansluiting bij Rusland. Dinsdag ondertekende de Russische president Vladimir Poetin een verdrag over de aansluiting. Het Russische ministerie van Defensie liet zaterdag weten dat het grootste deel van de Oekraïense militaire faciliteiten op de Krim inmiddels onder Russisch commando staan. Van de 18.000 Oekraïense militairen op het schiereiland, zouden er tot nog toe minder dan 2000 naar het Oekraïense vasteland zijn gegaan. „Ook is op 54 van de 57 Oekraïense militaire vaartuigen de Russische marinevlag geheven, waaronder acht oorlogsschepen en een onderzeeër”, meldde het ministerie.
Oekraïense militairen zouden uiteenlopende redenen hebben om zich bij het Russische leger aan te sluiten. De Oekraïense strijdkrachten kunnen hen geen baan aanbieden. Verder komen er berichten over militairen die zich in de steek gelaten voelen door de interim-regering in Kiev. Vanuit de Oekraïense hoofdstad zou nauwelijks met de troepen op de Krim worden gecommuniceerd.
Secretaris-generaal Ban Ki-moon van de Verenigde Naties was zaterdag in Kiev om solidariteit te betuigen aan de interim-regering van premier Arseni Jatsenjoek. Ook zijn er 40 internationale waarnemers van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) aangekomen. Zij moeten onpartijdig informatie verzamelen over de veiligheidssituatie en de bescherming van de minderheden in Oekraïne. De missie moet op korte termijn uit 100 waarnemers bestaan.