Toevlucht
Jona is in zijn geweten overtuigd dat die grote storm zijn schuld is. En u, die nu overtuigd bent dat u ook in vele opzichten schuldig staat voor de Heere en dat u Hem moet rechtvaardigen in Zijn oordelen, indien Hij u door een storm wegnam? Laat dit dan toch uw ernstig werk zijn: werp u in alle ootmoedigheid neer voor de Heere. Erken dat Hij u tot hiertoe nog gedragen heeft en zeg met Jeremia: „Het zijn de goedertierenheden des Heeren dat wij niet vernield zijn…”Jona, een profeet des Heeren die God vreesde, moest erkennen dat de Heere deze storm om een ongehoorzaamheid rechtvaardig toezond. O, hoe ootmoedig moet dit een zondaar maken, die zich van zo veel zonden en gruwelen bewust is. Belijd de Heere uw zonden. God weet ze en uw geweten zegt het ook. Waarom zou u ze nog voor Hem verbergen? „Die zijn overtredingen bedekt, zal niet voorspoedig zijn maar die ze bekent en laat, zal barmhartigheid verkrijgen”, zegt Salomo.
Stort uw gehele hart dan voor Hem uit. Belijd uw zonden in ootmoedigheid, in het bijzonder uw troetelzonden. Geef God de eer dat Hij rechtvaardig is en dat u de oorzaak bent van deze storm. Neem uw toevlucht smekend tot de Heere Jezus en vlucht tot Hem als een kuiken onder de vleugels van de kloek.
N. S. van Leeuwarden, lidmaat in Amsterdam (De Godvreezende Zeeman, 1744)