Opinie

Excellentie gedijt in nederigheid

Het pleidooi van staatssecretaris Dekker voor het ondersteunen van excellentie verdient ondersteuning, maar wel binnen het kader van nederigheid en dankbaarheid, stelt Ria Looij-van ’t Hof.

Ria Looij-van ‘t Hof
14 March 2014 16:27Gewijzigd op 15 November 2020 09:24
beeld ImageArtWork/KG Thienemann
beeld ImageArtWork/KG Thienemann

Met een cum laude diploma de middelbare school verlaten, vmbo-leerlingen met bètatalent natuur- en scheikunde laten volgen op vwo-niveau, en onderpresteerders boven tafel krijgen: als het aan staatssecretaris Dekker ligt, wordt dat de toekomst van het Nederlandse onderwijs. Toptalenten verdienen een beloning.

Dekker maakt een goed punt. Leerlingen worden vaak onterecht aangemoedigd niet met hun hoofd boven het maaiveld uit te steken. Nogal eens is de mentaliteit: doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg. Dit doet geen recht aan de identiteit van excellente leerlingen. Juist omdat zij extra begaafd zijn, hebben zij ruimte en mogelijkheden nodig om optimaal te floreren en zichzelf te kunnen zijn. Het is goed dat Dekker meer middelen wil vrijmaken om dit te realiseren. We plaatsen echter ook een aantal opmerkingen bij Dekkers voorstel.

Proces

Zijn voorstel tot extra belonen kan namelijk eenzijdig worden. Als de nadruk op het belonen ligt, bestaat het gevaar dat de aandacht verschuift naar het studieresultaat, de score, het diploma. Het gaat bij een talent voor bijvoorbeeld muziek echter eerst om de muziek en pas in de tweede plaats om het applaus, niet andersom. Anders gezegd: leren en groeien in datgene waar je interesse en capaciteiten liggen, is genieten.

Belonen kan bovendien een grote druk met zich meebrengen, namelijk om de beste te moeten zijn. Verder doet het belonen van excellente prestaties ook iets met de andere klasgenoten. Zij gaan dan immers behoren bij de categorie die geen of minder beloning krijgt. Leerlingen kunnen zich daardoor minderwaardig voelen. Wij vinden het belangrijk om het stimuleren tot excellentie breed op te vatten: iedereen mag aangemoedigd worden zich te ontwikkelen. Dit kan bijvoorbeeld doordat een leerkracht zich bij het geven van complimenten niet alleen op het resultaat richt, maar ook op het proces: heeft de leerling zich goed ingezet, zette hij door bij tegenslag, is er sprake van groei? Dan worden niet alleen de beste eindresultaten in het zonnetje gezet, maar bijvoorbeeld ook de wijze waarop leerlingen zich ingespannen hebben om een stap verder te komen: ieder naar zijn of haar mogelijkheden.

Excellent

Als christenen uit de reformatorische traditie zijn we soms geneigd excellentie onder te waarderen. Spreken over ”excellentie” lijkt voor ons algauw te suggereren dat zo’n persoon beter zou zijn dan een ‘gewone’ leerling. Dat gaat tegen onze overtuigingen in, omdat ieder mens gelijk is voor zijn Schepper en Rechter. Daarnaast is er het gevaar van de zonde die zo snel met ambitie gepaard gaat, waar Augustinus al op gewezen heeft. Hij stelde dat het verkeerd is om kennis en kwaliteit na te streven vanuit een verkeerde motivatie. De mens kan bijvoorbeeld iets willen weten of kunnen wat een ander niet weet of kan, om zich boven hem te verheffen of macht over hem uit te oefenen. In de reformatorische gezindte is men zich vaak zodanig bewust van dit gevaar, dat men soms schaars is met complimenteren en weinig aandacht geeft aan excellentie.

Augustinus, zelf excellent begaafd, wijst echter ook een weg om zonder jaloezie en trots met excellentie om te gaan. Hij weest op het belang van de deugd van nederigheid. Nederigheid is het erkennen van je talenten als komend uit Gods hand, waardoor je nooit kunt roemen alsof je je prestaties in eigen kracht hebt neergezet. Daarnaast gaat nederigheid volgens Augustinus gepaard met liefde. Liefde die zichzelf niet boven een ander verheft, maar dienstbaar is aan de naaste.

Zonnetje

Samengevat: we ondersteunen Dekkers extra aandacht voor excellentie. Tegelijkertijd blijven we ons bezinnen: als wij de beste leerlingen in het zonnetje zetten, waar zijn we dan precies mee bezig? Zetten we hen aan tot trots en het streven naar zo veel mogelijk invloed? Of motiveren we hen intrinsiek en leren we hun nederig en dankbaar hun talent te gebruiken, zodat anderen daarin kunnen delen?

Christenen mogen hier reflecterend en biddend mee bezig zijn, tot eer van God, Die ons ontwikkelingsmogelijkheden heeft gegeven. Alles wat we hebben of kunnen, is een gave van Hem.

De auteur is orthopedagoog.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer