Fel debat over acceptatie homo’s onder Amerikaanse evangelicalen
PHOENIX. Zou Jezus een taart hebben gebakken voor de bruiloft van een homopaar? Dat is de vraag waar Amerikaanse evangelicalen zich dezer dagen driftig mee bezighouden, én over opwinden. „Beslist niet”, zeggen de conservatieve evangelicals. „Zou best weleens kunnen”, meent het progressievere, vaak jongere deel van het evangelicale kamp.
„Christenen die op grond van de Bijbel denken het recht te hebben om homoparen hun zakelijke diensten te weigeren, hebben geen been om op te staan”, meent Jonathan Merritt. In de Amerikaanse evangelicale wereld is hij vooral bekend door zijn columns in USA Today, The Christian Science Monitor en The Atlantic. Samen met politicologe en columniste Kirsten Powers schreef hij donderdag een column onder de titel ”What would Jesus do in Arizona?”. Daarin pleitte dit duo ervoor geen specifiek onderscheid te maken tussen homoparen en heteroparen die willen gaan trouwen. „Als je als fotograaf vindt dat je geen trouwreportage kunt maken voor een homopaar, dan kun je dat voor geen enkel paar.” Want wie garandeert dat ook een heterostel geen zondig verleden achter zich heeft liggen? Het weigeren van een trouwlustig homostel is hypocriet. En juist de zonde van schijnheiligheid heeft Jezus het meest veroordeeld.
De hele discussie die in de christelijke media in de Verenigde Staten deze week oplaaide, is het gevolg van het veto dat de gouverneur van de staat Arizona onlangs uitsprak over een antihomowet. De wet bood waarborgen voor christelijke ondernemers om te weigeren hun diensten of producten te verkopen aan homoseksuelen. Zowel het Huis van Afgevaardigden als de Senaat van Arizona –in beide hebben de Republikeinen de meerderheid– nam de wet aan. Gouverneur Jan Brewer, zelf Republikein, blokkeerde de wet. Daarmee kwam ze tegemoet aan de druk vanuit het bedrijfsleven in Arizona. Dat vreesde schade te lijden door het negatieve imago dat van de wet zou uitgaan.
Bruidstaart
Het besluit van Brewer heeft tot grote teleurstelling geleid bij een fors deel van de Amerikaanse evangelicalen. Zij zijn bang gedwongen te worden „mee te moeten werken aan zondige praktijken die dwars ingaan tegen de normen van de Bijbel.”
Helemaal uit de lucht gegrepen is deze angst niet. In 2006 werd fotografe Elaine Huguenin uit de naburige staat New Mexico aangeklaagd omdat ze had geweigerd een trouwreportage te maken van een lesbisch stel. Hoewel de twee vrouwen een andere fotograaf vonden, daagden ze Huguenin voor de rechter. Het hooggerechtshof van New Mexico veroordeelde haar. Het federale hooggerechtshof in Washington DC seponeerde de zaak.
In de staat Colorado werd vorig jaar een bakker veroordeeld omdat hij op grond van zijn geloofsovertuiging weigerde voor een homostel een bruidstaart te maken. In de staat Washington werd een bloemist die geen boeket wilde leveren voor de rechter gedaagd.
Voor Kirsten Powers en Jonathan Merritt is het onbegrijpelijk dat christenen zich zo „afwijzend, selectief en discriminatoir” opstellen tegenover homostellen. „Jezus heeft ons geleerd dienstbaar te zijn aan alle mensen en geen onderscheid te maken”, schreef Powers vorig jaar al in het dagblad USA Today. „Hij was gewoon zonder onderscheid mensen gezond te maken, te voeden en te helpen; ook mensen van wie Hij de levensstijl afkeurde.”
Op verschillende internetfora is deze week de discussie opgelaaid of christenen er goed aan doen hun diensten of producten aan homoparen te weigeren. En dat gaat er hevig aan toe. Opvallend is dat met name jongere evangelicalen stellen dat het christenplicht is ook te werken voor homo’s. „Ja, Jezus zou een taart bakken, en een lekkere ook”, schrijft Rick Dalbey. „Natuurlijk zou Jezus dat doen”, meent Jerry Price. „Dat is zelfs geen vraag.”
Een onderzoek dat het Public Religion Research Institute (PRRI) woensdag publiceerde, laat zien dat de acceptatie van homoseksualiteit en van homorelaties onder Amerikanen de afgelopen tien jaar substantieel is toegenomen. In 2003 vond 32 procent van de bevolking van de VS een homohuwelijk aanvaardbaar. Vorig jaar was dat voor 53 procent van de Amerikaanse bevolking geen probleem.
Minder snel maar ook overduidelijk is de acceptatie van homoseksualiteit onder protestanten. Van de evangelicalen stond vorig jaar nog 51 procent echt afwijzend tegenover de homoseksuele levenspraktijk. Tien jaar eerder was dat nog 71 procent. „Evangelicale jongeren accepteren in rap tempo de levensstijl van homo’s”, zegt PRRI-directeur Robert P. Jones. „Vriendschappen met homoseksuelen spelen daarbij een belangrijke rol. Maar het heeft vooral te maken met het anders verstaan van de Bijbel.”
Standvastig
Tegenover deze grotere acceptatie van de homoseksuele levenspraktijk staat de visie van conservatieve, vooral oudere evangelicals. Russel Moore, de ethicus van de Zuidelijke Baptisten, schreef deze week: „Het homostel dat je vraagt de bruiloft te verzorgen, is niet je vijand. Deze mensen zijn geschapen naar Gods beeld en Hij heeft hen lief. Evenzo moeten wij hen liefhebben. Maar we moeten niet alleen vriendelijk zijn, maar ook standvastig. De Bijbel veroordeelt het leven van homo’s die trouwen.”
De discussie of Jezus een taart zou bakken voor een homostel vindt hij misplaatst. „Jezus wijst mensen die een homoseksuele geaardheid hebben niet af, maar Hij veroordeelt scherp hun levenspraktijk. Dus geen taart van Jezus.”
Joe Carter, redacteur van de blogsite The Gospel Coalition, sluit zich daarbij aan. „Inderdaad at Jezus met zondaren, hoeren en tollenaren. Maar we moeten niet vergeten dat Hij dat alleen deed als ze niet bezig waren met het bedrijven van hun zonden. Door met hen te eten, riep Hij hen op tot boete en berouw. Wij kunnen met hen eten als onze aanwezigheid geen goedkeuring van de zonde inhoudt of bespotting van God betekent. Jezus at met deze mensen om hen te winnen voor het Evangelie, niet om hen te stijven in het kwaad.”
De in Nederland enigszins bekende gereformeerde theoloog Kevin DeYoung uit East Lansing (Michigan) laat zich in vergelijkbare woorden uit. „De vraag of Jezus een taart zou bakken voor een homostel, is aardig gevonden maar riskant. Je creëert een sfeer dat je vooral vriendelijk moet zijn en geen harde woorden mag spreken. Maar het kwaad moet scherp worden veroordeeld.”
Lees ook:
Veto tegen antihomowet Arizona (Reformatorisch Dagblad, 27 februari 2014)