Minister: DEA lokte niet in Nederland uit
DEN HAAG (ANP). Amerikaanse drugsbestrijders zijn niet in Nederland actief geweest in het onderzoek naar de van onlinedrugshandel verdachte Nederlander Marc Willems. Dat schrijft minister Ivo Opstelten (Veiligheid en Justitie) vrijdag in antwoorden op Kamervragen.
De Verenigde Staten hebben om de uitlevering van Willems gevraagd, omdat hij volgens de Amerikanen deel uitmaakt van een internationaal opererende internetfirma die handelt in LSD en wiet. Willems probeert dit te voorkomen.
Hij riskeert in de VS een levenslange gevangenisstraf. De Amerikanen willen hem in Los Angeles voor de rechter brengen. Willems verzet zich, omdat de Amerikaanse drugsbestrijdingsdienst DEA pseudokopers op Nederlands grondgebied zou hebben ingezet, zonder Nederlandse toestemming. Dat zou niet mogen en daarom zou hij niet mogen worden uitgeleverd en worden vervolgd.
Volgens Opstelten is dus geen sprake van Amerikaanse illegale opsporingsactiviteiten in Nederland geweest. De bewindsman meldt dat het Amerikaanse ministerie van Justitie heeft laten weten dat de bestellingen op internet van Amerikaanse drugsbestrijders te maken hadden met een Amerikaanse verdachte. De betalingen liepen via Boedapest.
De misdaadorganisatie werkt in vele landen waaronder in de VS, Nederland, het Verenigd Koninkrijk en nog een aantal landen, stellen de Amerikaanse autoriteiten. De Amerikanen hebben Opstelten ook aangegeven dat de rechercheurs geen rechtstreeks e-mailcontact hebben gehad met een Nederlandse koper.
„Een dergelijke gang van zaken merk ik niet aan als undercoveracties op Nederlands grondgebied, waarvoor om toestemming had moeten worden gevraagd”, schrijft Opstelten. „Een organisatie die wereldwijd zaken doet via internet, kan door elk land ter wereld worden onderworpen aan een strafrechtelijk onderzoek. Als later blijkt dat bestellingen (deels) vanuit Nederland werden afgehandeld, maakt dat niet, dat de via internet gedane aankopen moeten worden aangemerkt als undercoveroperaties op Nederlandse bodem.”