Grond is toekomst. Boeren die hun bedrijf willen blijven ontwikkelen kunnen niet zonder. Akkerbouwers zijn sowieso van grond afhankelijk. Melkveehouders kunnen alleen nog uitbreiden als ze de mest van de extra dieren op hun eigen land kwijt kunnen, zo onderstreepte staatssecretaris Dijksma (Economische Zaken) een paar weken geleden.

De akkerbouw heeft in 2013 goed geboerd. De oogst was goed en de producten brengen mooie prijzen op. Wie wil uitbreiden, grijpt nu zijn kans. „De akkerbouwsector blijft een vraagmarkt”, constateerde gisteren de vakgroep Agrarisch & Landelijk Vastgoed van makelaarskoepel NVM bij de presentatie van de cijfers van het afgelopen jaar.

De melkveehouderij kijkt terug op een uitstekend jaar. De melkprijs is fors gestegen, onder invloed van de grote vraag naar zuivel op de wereldmarkt. Boeren willen uitbreiden met het oog op het einde van de Europese melkquotering per 1 april 2015.

Bouwland wordt in zeekleigebieden zoals Zeeland en langs de Wadden verkocht voor prijzen rond de 60.000 euro per hectare. In de IJsselmeerpolders is dat zelfs meer dan 75.000 euro. Grasland is nauwelijks goedkoper.

In tien jaar tijd zijn de prijzen van landbouwgrond in sommige streken meer dan verdubbeld. Beleggers zien dat ook en zijn actiever op de agrarische grondmarkt. „Ze kopen het liefst grond in verpachte staat. Dat is relatief goedkoop en levert een hoog indirect rendement op als het vrij van pacht komt”, zegt voorzitter Arjan van der Waaij van de NVM-vakgroep.

Onder die beleggers zijn kerken. „Het Kantoor der Kerkelijke Goederen van de PKN koopt hier en daar landbouwgrond op. Het adviseert ook lokale kerken die geld over hebben om dat in grond te steken”, zegt Van der Waaij.

Een andere trend is dat boeren die hun bedrijf beëindigen vaker een deel van de grond aanhouden. „Vroeger leefden ze op hun oude dag van de opbrengst van het melkquotum. Dat brengt niets meer op. We zien dat ze nu een aantal hectares in bezit houden en verpachten.”