Commentaar: Rutte over Sotsji: Nee, hoor, ga ik niet heen
De persconferentie van de premier, afgelopen vrijdagmiddag. Na een inleidende vraag over wat het politieke jaar 2014 zoal gaat brengen, schakelt de nationale pers over op een brandende kwestie: Waarom gaat onze regering met zó’n zware delegatie naar Sotsji? De ene na de andere vraag wordt op de premier afgevuurd. Van het krappe halfuur dat de wekelijkse persconferentie duurt, wordt een aanzienlijk deel opgesoupeerd door het thema Olympische Winterspelen.
Dat is in zoverre begrijpelijk dat het nu eenmaal een politiek strijdpunt betreft waarover Nederland verdeeld is. In hoeverre moet ons land in de samenstelling van de delegatie die het de komende maand naar Rusland stuurt laten merken dat het het niet eens is met het homobeleid van de Russische regering? Moeten we Rusland boycotten door helemaal geen of door slechts een beperkte officiële delegatie te sturen?
Dat hierover niet eensluidend wordt gedacht, blijkt uit een onderzoek van het tv-programma EenVandaag: 66 procent van de ondervraagden vindt dat premier Rutte beter thuis kan blijven. De delegatie die naar Sotsji afreist, is topzwaar, vindt ook EU-commissaris Kroes: „Het had best een onsje minder gekund.” En PvdA-leider Samsom zou, als hij premier was geweest, „een andere keuze hebben gemaakt.”
Al deze mensen hebben groot gelijk. Rutte kan beter thuisblijven. Alleen… niet primair om de reden die bij de meeste Nederlanders door het hoofd spookt, namelijk dat je in een land waarin homoseksuele relaties niet als volkomen gelijkwaardig aan hetereseksuele worden beschouwd, als fatsoenlijk politicus niet gezien wilt worden. Op díé veronderstelling valt best wat af te dingen.
Let wel, als in Rusland homo’s worden vervolgd en gediscrimineerd, valt dat ten zeerste af te keuren. Maar over de wet die vorig jaar in dat land is aangenomen en die „propaganda van niet-traditionele relaties” onder minderjarigen strafbaar stelt, kan genuanceerd gedacht worden.
Inderdaad, Rutte kan beter thuisblijven, maar dan vooral omdat het überhaupt nergens voor nodig is dat een minister-president zulke grote sportevenementen bezoekt. Het moge dan zo zijn dat in de westerse wereld sport de nieuwe religie is die ons het hele jaar door van seizoen tot seizoen aan het beeldscherm gekluisterd houdt, die troost en verbroedering biedt, vermaak en heldenverering; die tendens hoeft niet ook nog eens bevorderd te worden doordat zelfs regeringsleiders doen alsof er niets belangrijkers is dan topsport. Dát kan, om met Kroes te spreken, best een onsje minder. Als onze koning, onze koningin en de minister van Sport op de Winterspelen aanwezig zijn, is dat –los van allerlei discussies over Russische antihomowetten– meer dan genoeg.
Aan het begin van zijn persconferentie merkte Rutte vrijdag op dat hij niet bang is voor politieke onrust als gevolg van de gemeenteraadsverkiezingen en de Europese verkiezingen. „Nee hoor, wij focussen gewoon op de uitvoering van ons beleid.” Die uitspraak zou hij ook op Sotsji moeten toepassen. „Nee hoor, ga ik niet heen. Ik heb wel wat beters te doen. Ik focus op de uitvoering van ons beleid.”