In de vier grote steden, Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht, stonden afgelopen vrijdag in totaal 16 verdachten terecht voor geweld tijdens de nieuwjaarsnacht. De opgelegde straffen liepen sterk uiteen. De opgelegde straffen liepen sterk uiteen. Het Openbaar Ministerie (OM) kondigde in december aan net als in voorgaande jaren fors hoger te eisen voor nieuwjaarsgeweld en geweld tegen de politie, brandweer en andere hulpverleners. In veel zaken deelden de supersnelrechters die visie en legden fors hogere straffen op dan normaal. Maar de verschillen in de opgelegde straffen waren groot.

Tegenover de Rotterdammer die 10 maanden cel kreeg voor het slingeren van een bierflesje naar agenten, staat bijvoorbeeld een celstraf van een half jaar (waarvan een maand voorwaardelijk) voor het gooien van zwaar vuuwerk naar de politie. Laatstgenoemde straf legde de supersnelrechter in Den Haag op. De man is inmiddels in hoger beroep gegaan. Dat geldt ook voor de man die 4 maanden cel (waarvan 2 voorwaardelijk) kreeg voor het schoppen van een agent in zijn gezicht.

In Amsterdam diende de zaak van een man die 2 NS medewerkers zou hebbe geslagen en bespuugd. Daarin is vooralsnog geen hoger beroep aangetekend. De supersnelrechter in Utrecht veroordeelde drie mensen voor ongeregeldheden. Ook in die zaken is nog geen hoger beroep ingesteld.

Het is goed mogelijk dat het aantal hoger beroepen de komende periode nog verder oploopt. Verdachten en het OM hebben 2 weken de tijd om beroep aan te tekenen als ze het niet eens zijn met de uitspraak.