‘Aannemers’ leger vol vertrouwen naar Mali
SCHIPHOL (ANP). Hitte, stofstormen, onherbergzaam gebied en de dreiging van jihadistische groepen. De militaire missie naar Mali is niet zonder risico. Toch zien de eerste 14 genisten die maandag vanaf Schiphol vertrokken, de operatie met vertrouwen tegemoet. „We hebben ons lang voorbereid en zijn blij dat we nu kunnen gaan”, zei commandant van de eenheid Jasper Kremers voor vertrek.
De genisten bouwen de komende tijd het kampement voordat de rest van de ongeveer 380 militairen naar verwachting in maart naar het Afrikaanse land komen voor de zogeheten operatie Minusma. Voordat de 13 mannen en 1 vrouw vertrokken, sprak plaatsvervangend directeur operatie Theo ten Haaf ze toe. „Dit is een bijzondere dag, we gaan eindelijk beginnen”, zei hij.
Hoewel het niet eenvoudig zal zijn en het benodigde materiaal moeilijk is te verkrijgen, heeft Kremers er alle vertrouwen in dat het goed komt. De ervaring van eerdere missies helpt de groep hierbij. „Al is geen operatie hetzelfde, het blijft zeker een uitdaging.”
Mali is volgens Ten Haaf getroffen door armoede, onveiligheid en schendingen van mensenrechten. „We proberen weer stabiliteit te brengen en willen de burgerbevolking beschermen.” Hij noemde de genisten de „aannemers” van het leger. „Ze leggen contact met lokale aannemers en regelen de nutsvoorzieningen.”
Na hun aankomst in de hoofdstad Bamako reizen de militairen snel door naar Gao in het noorden waar het kamp komt. In april moet het klaar zijn, voordat het warme regenseizoen begint. Dat gaat gepaard met hoge temperaturen en stofstormen, vertelde Ten Haaf. Eind deze maand arriveert een tweede groep genisten die hun collega’s komen ondersteunen.
De militairen krijgen bescherming van VN-troepen en hun Franse collega’s, die al enige tijd in Mali zijn. Ten Haaf stelde de meegekomen familie gerust dat ze vertrouwen moeten hebben in een goede afloop. „Ze weten wat ze doen.”
„Het is altijd lastig afscheid nemen van je gezin, want je bent toch een aantal maanden weg”, zei sergeant-majoor Jochem, die zijn vrouw en vier kinderen op de luchthaven een knuffel gaf. „Maar als militair is het een mooie uitdaging om een kamp te bouwen dat de komende 2 à 3 jaar wordt gebruikt.”