Dat zijn de uitgangspunten van het actieprogramma Andere Overheid dat minister De Graaf van Bestuurlijke Vernieuwing dinsdag in gang heeft gezet. Het kabinet heeft er al mee ingestemd. De minister denkt dat er geen ministeries verdwijnen, maar vindt dat ze niet meer als aparte blokken moeten werken.

De modernisering bij de rijksoverheid zal banen kosten, gaf De Graaf toe, maar hij weet niet hoeveel. „Eerst worden de departementen doorgelicht, de regelgeving aangepast en kerntaken vastgesteld. Er zullen banen verdwijnen maar op sommige terreinen, zoals bij de veiligheid, ook banen bijkomen." Er ligt al een banenverlies in het verschiet door bezuinigingen en reorganisaties.

De ministeries moeten aangeven wat ze doen, waarom ze dat doen en hoe. De Graaf verwacht dat de ambtenaren goed meewerken aan de doorlichting, hoewel het„niet makkelijk en soms ook pijnlijk zal zijn." De secretarissen–generaal, de bazen van de departementen, krijgen een belangrijke rol, bijgestaan door een speciaal projectbureau. Volgens de minister is het „gevoel van urgentie" voor de stroomlijning aanwezig bij zowel de ambtelijke top als het kabinet.

Uiteindelijk moeten de kerntaken behouden blijven en die moeten eenvoudiger, efficiënter en effectiever dan nu worden uitgevoerd. Verder zal het kabinet een groot aantal specifieke uitkeringen van de ministeries naar het gemeente– en provinciefonds overhevelen.

Door al die maatregelen moet de dienstverlening aan de burger beter worden. „Mensen moeten weer het gevoel krijgen dat het hun overheid is. Klachten moeten afnemen en goed afgehandeld worden. Als het aan De Graaf ligt, vindt in 2007 zeker 65 procent van de publieke dienstverlening plaats via internet. „Dan zijn mensen niet meer afhankelijk van openingstijden en rijen voor het loket, maar kunnen ze veel meer elektronisch afhandelen."

Provincies, gemeenten en uitvoeringsorganisaties spelen daarbij een grote rol. Zij moeten er onder meer voor zorgen dat burgers in de toekomst nog maar eenmalig hun gegevens aan de overheid hoeven te geven.

De rijksoverheid gaat ook minder regels opleggen. Alle ministeries gaan kijken hoe ze hun eigen regelgeving kunnen versoberen en vereenvoudigen en welke regels ze zelfs kunnen afschaffen. Dat moet er, zoals bekend, toe leiden dat het kabinet in 2006 de administratieve lasten met 25 procent heeft verminderd. Ook moeten er minder adviesorganen en minder externe adviseurs worden ingezet.