Felix Henrichs brengt zeelui in Rotterdam kerstpakket en Evangelie
Bijna elke dag is Felix Henrichs in de haven van Rotterdam te vinden. In de laatste dagen van het jaar bezorgt hij kerstpakketten bij de schepen en vertelt hij over het Evangelie. „Na maanden in eenzaamheid op zee staan zeelui open voor een gesprek. Het is belangrijk om naar hen te luisteren en hun vragen te verbinden met het leven van Christus Jezus.”
In het Rotterdamse havengebied, van de zee tot aan het hart van de stad 50 kilometer, meren elke dag zo’n 300 schepen af. Het is een enorm zendingsterrein waar Felix Henrichs (33) de zeelui opzoekt, hulp aanbiedt en over het Evangelie vertelt.
De havenevangelist werkt voor Seamen’s Christian Friend Society (SCFS) in Rotterdam. De organisatie ontstond in het begin van de negentiende eeuw en kreeg in 1848 de naam SCFS. Het zendingswerk in Rotterdam is veertien jaar geleden ontstaan. Henrichs is betrokken geraakt bij de Rotterdamse havenzending in 2009. In april 2010 nam hij de leiding over.
Het werk is hem en zijn vrouw, beiden uit Duitsland afkomstig, op het hart gebonden, vertelt hij. Als zendingskind groeide hij op in Pakistan. Op jonge leeftijd was hij vastbesloten de voetsporen van zijn ouders te volgen. In Duitsland studeerde hij theologie aan de Freie Theologische Hochschule in Giessen. Na een stage in de haven van Hamburg werd hem duidelijk dat in het havengebied zijn roeping lag. Vanuit zijn woonplaats Stellendam, op het eiland Goeree-Overflakkee, reist hij op en neer naar de Rotterdamse haven.
Havenevangelisatie is dankbaar werk, vindt Henrichs. „Zeelieden zijn ontzettend lang van huis: ongeveer negen à tien maanden. Al die tijd zien ze alleen maar dezelfde tien tot twintig collega’s. De eenzaamheid die ze kennen, is onvoorstelbaar. Het is een heel groot teken van liefde als bij het aanmeren in de haven iemand hen komt bezoeken.”
De activiteiten in Rotterdam kunnen volgens Henrichs worden vergeleken met het zendingswerk in verre landen. „Bij een roeping voor de zending denken we al snel aan landen in Afrika of Azië. Maar in de haven heb ik de afgelopen vier jaar 85 nationaliteiten ontmoet en allerlei overtuigingen: niet alleen christenen, maar ook moslims, hindoes en mensen die nergens in geloven.”
Henrichs is het hele jaar door in de havens te vinden, maar in november en december is het topdrukte. Dan worden er kerstpakketten klaargemaakt voor bemanningsleden. Henrichs werkt sinds 2010 volgens hetzelfde stramien: „We roepen in de regionale krant lezers ertoe op om een kerstpakket samen te stellen of geld te doneren. In het pakket zit een aantal vaste artikelen, zoals een muts, toiletspullen, schrijfartikelen en een kerstkaart met daarop een tekst in het Engels. In de laatste weken van december delen we met vrijwilligers de pakketten uit.”
Het gaat SCFS Rotterdam daarbij voor de wind. Het aantal uit te delen pakketten ligt dit jaar op 800. Dat zijn er 150 meer dan vorig jaar.
Ook met kerken werkt Henrichs samen. Zelf is hij lid van een evangelische gemeente, maar zowel protestantse als evangelische kerken weten inmiddels de weg naar SCFS te vinden, zegt Henrichs. „Zo heeft de vergadering van gelovigen in Rotterdam afgelopen zaterdag voor de tweede keer een kerstfeest belegd voor zeelieden. Die zijn ontzettend blij dat ze op de wal welkom zijn. Je ziet er echt zeelui in tranen. Verder geven mijn vrouw en ik voorlichting of helpen met het opzetten van activiteiten.”
Wat voor evangelisatiemateriaal zit er in uw tas?
„We hebben altijd Bijbels en Bijbelstudiemateriaal bij ons. Dat kunnen dvd’s zijn maar ook ons nepgeld doet het goed. Op de achterkant van de briefjes is het Evangelie in het kort uitgelegd.”
En dan van schip naar schip in de haven?
„Het allerbelangrijkst is dat we aan boord komen. De bemanning heeft niet veel tijd om van boord te gaan. We komen met een glimlach binnen en luisteren naar de verhalen. We tonen belangstelling door kleding of onze kerstpakketten te geven, en we verkopen telefoonkaarten. De zorg voor het lichaam hoort bij het Evangelie.
De duur van een gesprek varieert van enkele minuten tot een paar uur. Ik probeer altijd het gesprek in de richting van de Heere Jezus te sturen. Soms doe ik Bijbelstudie met een groep of ik praat een-op-een met een zeeman. Ik proef dan of iemand voor de Bijbelse boodschap openstaat. We dwingen mensen niet naar ons te luisteren.”
Welke vragen stelt u?
„Ik probeer aan te knopen bij dingen die zeelieden zelf te berde brengen. Of ik vraag hun of ze weten wat Kerst betekent. Soms ben ik directer: „Zijn jullie bang om te sterven? Zijn jullie zeker dat jullie naar de hemel gaan?” Voordat zulke vragen kunnen worden gesteld, moet er eerst contact zijn. Je moet weten waar een opvarende mee worstelt. Ik probeer me daarin te laten leiden door de Heilige Geest.”
Wat is de reactie?
„Het is nodig om de belangrijke vragen van het leven te verbinden met Jezus Christus. Dat probeer ik te doen door ernst en wat humor. Bij moslims en hindoes zoek ik naar aanknopingspunten en probeer ik het hart te raken. Bij christelijke zeelui is niet iedereen even ver in het geloof om in korte tijd de kern ervan te bespreken. Soms geef ik iemand iets om over na te denken. En we laten dvd’s en boeken achter. Dan zie je nog geen vrucht. Maar ze hebben wel geproefd dat je van hen houdt. Ik heb meermalen achteraf gehoord hoe zeelieden tot geloof zijn gekomen of weer opnieuw de Bijbel zijn gaan lezen.”
>>rd.nl/diaconaat#http://www.rd.nl/diaconaat}
Klik hier voor een Duitstalig interview met Henrichs.