Consument

Sits, grein en bombazijn

Als iedereen in streekdracht liep, zou het leven een stuk simpeler zijn. Toch? Niet?

1 January 1970 01:00Gewijzigd op 13 November 2020 23:14
Foto Ivo Wennekes
Foto Ivo Wennekes

Wie dat nog altijd denkt, moet het Zeeuws Museum eens gaan bezoeken. Met de tentoonstelling ”Sits, grein en bombazijn” toont het museum een verbazende variëteit aan stoffen en kleding die het in de loop der jaren verzameld heeft. Een zaal verder wacht nog een verrassing. ”Ons dagelijks brood” laat oude, soms zelfgecreëerde Zeeuwse werkkleding uit het begin van de vorige eeuw zien. Over meekrap, schortenbont, baai, damast, pilo, laken, sits, grein en bombazijn. En over hoe creatief je daarmee kunt zijn.

Sits, grein en bombazijn klinkt als een vrolijk deuntje, maar de zaal oogt stemmig. Zwart voert toch al gauw de boventoon als je het over streekdracht hebt. Maar het ene zwart is het andere niet, wordt de leergierige bezoeker al snel duidelijk. Laken is een luxe geweven en daarna gevilte wol, voor een zondags pak. Bombazijn is voor het dagelijks werk, een ruwere stof, geweven van linnen en katoenen draden. En merinos is voor deftige rokken; een soepelvallende, fijngeweven wol die gegarandeerd niet prikt.

Eigenlijk moet je het verschil niet alleen zien maar vooral voelen. Ook dat kan. „Ons voelboek is een schot in de roos”, zegt Yvette Lardinois van het Zeeuws Museum. „Het eerste wat mensen doen als ze binnenkomen, is bij dat boek gaan zitten en erin bladeren en voelen.” In het uitpuilende stalenboek van het museum valt dan ook allerlei interessants te lezen over oude stoffen en vele zaken meer.

Sits, een bewerkte glanzende katoen, komt oorspronkelijk uit India. In de vitrine hangt ter illustratie een weelderige sitsen rok. ”Labedissen” zijn moffen die de onderarmen moeten bedekken, genoemd naar dominee Jean de Labadie, de felste tegenstander van blote vrouwenarmen. In Parijs waren ze van zeemleer of zijde, in Zeeland van wit of zwart gebreide katoen.

Verder wordt een zelden begrepen uitdrukking opgehelderd: tot in de puntjes gekleed. Die puntjes verwijzen naar de zogeheten ”muizentandjes” waarmee ooit de boorden van een linnen hemd werden versterkt. Grein blijkt een ruwe, sterke stof te zijn met brede strepen in donkergrijs, -rood en -blauw. Die typische kleuren komen van het ijzer dat erin verwerkt is, vertelt Lardinois. „Grein werd gebruikt voor de bovenrok, dus nadat mensen een keertje in de regen liepen wilde de stof wel eens gaan roesten en vielen er gewoon gaten in de rok.” Desgevraagd legt ze uit dat bombazijn lijkt op pilo, maar dan dikker en steviger. „Maar op Walcheren noemden ze het vaak gewoon pilo.”

Is ”Sits, grein en bombazijn” vooral deftig, de tentoongestelde kleding in ”Ons dagelijks brood” laat duidelijk zien dat dit brood in het zweet des aanschijns verdiend werd. Prachtig, zo’n versleten pilo pak dat stijf van het vuil staat, en die rafelige kielen en (latere) werkbloezen. En dat melkrokje, ergens tussen 1880 en 1920 gemaakt uit een rest katoen, is eigenlijk best een leuk ontwerpje. Streekdracht bleek vaak te stug en te warm voor hard werken op het land, maar uit de oude afdankers kon je prima nieuwe kledingstukken maken die beter zaten. „We zijn erop gebrand die dingen te vinden”, zegt Lardinois. „Ze zijn zeldzaam, want het meeste werd natuurlijk gewoon weggegooid.”

Hergebruik van streekdrachtstoffen is trouwens iets actueels, waar het museum –dat graag oud en nieuw combineert– op wil voortborduren. „In 2011 nodigt het Zeeuws Museum ontwerpers uit om zich te laten inspireren door deze vergeten stoffen en ze een nieuw leven te geven als meubel, wandtapijt of beddensprei. Deze ontwerpen krijgen in de loop van het jaar een plek in de tentoonstelling, die zich daarmee steeds verder zal uitbreiden”, meldt de website.

Dat wordt dan speuren naar afdankertjes, want de enige streekdrachtstof die momenteel nog geproduceerd wordt, is schortenbont. Producent is textielfabriek Van den Acker in Gemert, een familiebedrijf dat al sinds 1807 bestaat en waarvan ook de oude stalenboeken met schortenbont in vele dessins in het museum afkomstig zijn. „Wij maken nog steeds folklorestoffen”, vertelt Guido van den Acker, „hoewel we in de jaren negentig het accent zijn gaan leggen op interieurstoffen. Daarvoor leverden we veel aan plaatselijke manufacturenwinkeltjes. Een paar jaar geleden hebben we nog een partij schouderdoeken voor Staphorst geleverd, iets wat we meer dan honderd jaar gedaan hebben. En voor Spakenburg maakten we de lange geruite schort, en voor Volendam het oranje gestreepte schort.”

Zeeuws schortenbont wordt momenteel volgens Van den Acker vooral ingekocht door patchworkwinkels. De toepassingen ervan worden steeds creatiever: quilts, tassen, kussens, pannenlappen. Misschien komt er ten langen leste zelfs iemand op het lumineuze idee er broodzakken of schorten van te maken.


Zeeuwse dag

Het Zeeuws Museum houdt zaterdag van 11.00 tot 17.00 uur de Zeeuwse dag. De toegang is gratis. Er zijn diverse activiteiten, waaronder een modeshow, (mode)rondleidingen en workshops in een mobiel naaiatelier. Om 15.30 uur vindt de officiële opening plaats van de tentoonstellingen ”Ons dagelijks brood”, ”Sits, grein en bombazijn” en ”Soort van steen” (met onder andere fossiele botten die als beeldhouwwerken worden getoond). In de museumwinkel is ”Zeelander collectie” te koop, een soort stalenboek dat een overzicht geeft van de collectie stoffen, kleding en sieraden van het museum.

”Sits, grein en bombazijn” loopt tot en met najaar 2011, ”Ons dagelijks brood” t/m 29 mei 2011.
 www.zeeuwsmuseum.nl

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer