Commentaar: Laatste oproep kardinaal Eijk aan misbruikslachtoffers positief
Kardinaal Eijk heeft een laatste oproep gedaan aan slachtoffers of getuigen van seksueel misbruik door geestelijken uit zijn kerk. Voor 1 juli 2014 moeten zij zich melden, willen zij aanspraak kunnen maken op een vorm van compensatie.
Deze oproep van de hoogste geestelijke van de Rooms-Katholieke Kerk in ons land is bedoeld om een punt te kunnen zetten achter de slepende misbruikaffaire. Sinds 2010 wordt de RK-Kerk geconfronteerd met een aanhoudende stroom van berichten over paters, priesters en nonnen die over de schreef gingen. Uit een onderzoeksrapport van de commissie-Deetman dat maandag precies twee geleden werd gepresenteerd, bleek dat er in de jaren 50’ en 60 tussen de 10.000 en de 20.000 kinderen slachtoffer zijn geworden van seksueel misbruik. De afgelopen twee jaar kwamen er nog ruim 2800 meldingen binnen bij het Meldpunt Misbruik RKK. Ruim 1300 daarvan werden een officiële klacht. De kardinaal wil nu er op aan werken dat deze zwarte bladzijde kan worden omgeslagen.
Toch is het niet fair om te veronderstellen dat Eijk alleen maar van de onrust af wil. Zijn oproep om zich voor komende zomer te melden, zou dan negatief worden beoordeeld, terwijl ze juist opmerkelijk genoemd mag worden en positief te duiden is.
In het verleden heeft de Rooms-Katholieke Kerk met een zekere regelmaat geprobeerd de ernst van het misbruikschandaal te minimaliseren. Steeds werd benadrukt dat het om uitwassen ging. Hoewel dat zeker zo is, stond die reactie niet in verhouding tot de omvang van het schandaal.
Door die houding verloor de kerk het contact met de slachtoffers en bleven de media haar onder kritiek stellen. De kerk riep het beeld op dat ze de schanddaden met de mantel der liefde wilde bedekken.
Eijk heeft met zijn oproep een duidelijk signaal afgegeven. Wie slachtoffer of getuige is van misbruik doet er goed aan zich te melden. De kerk laat daarmee zien dat ze zich verantwoordelijk weet voor hetgeen haar dienaren hebben misdreven. Daarmee wordt het bestaande, bepaald niet vleiende beeld, van de RK-Kerk op dit punt gecorrigeerd.
De stap die Eijk heeft gezet, verdient navolging. Ook kerken die vanwege de leer niets van het rooms-katholicisme moeten hebben, doen er goed aan open te staan voor slachtoffers van misbruik door ambtsdragers wanneer daarvan sprake is. Juist binnen de christelijke gemeente moet er een veilige plaats zijn voor deze diep gekwetste mensen. Zij moeten niet stuiten op een muur van afweer en ontkenning.
De stap die Eijk nu heeft gezet, zal ook de publieke opinie over de RK-Kerk en –breder– het christendom moeten beïnvloeden. Want dat is ook waar. De misbruikschandalen hebben het imago van christenen bepaald geen goed gedaan. En dat was al niet zo positief.
Is met de uitnodiging van Eijk alle pijn weg en zijn de problemen opgelost? Dat zeker ook niet. Wat gebeurd is, ligt achter, maar staat wel in de annalen en heeft diepe littekens nagelaten. De kerk moet verder, maar wel met een gebogen hoofd. Er ligt schuld.