De regeling voor homo’s was een van de meest in het oog springende wetsvoorstellen op de agenda van de Labour-regering voor het komende parlementaire jaar, dat de koningin traditiegetrouw feestelijk opent. De regering van de premier Tony Blair kondigde aan de nadruk te gaan leggen op binnenlandse aangelegenheden. Het voorgestelde beleid leek bij voorbaat op weerstand van de oppositie en Blairs eigen Labour-partij te stuiten.De plannen, die volgens Blair zullen leiden tot een „eerlijker Groot-Brittannië”, omvatten onder meer een verhoging van het collegegeld voor universiteitsstudenten, aanpak van de groeiende problemen met asielzoekers en het uit het Hogerhuis wegsturen van de laatste adellijke afgevaardigden wiens lidmaatschap van het huis erfelijk is.

Met de nieuwe voorstellen worden de pensioenen beschermd en worden fondsen opgezet voor kinderwelzijn. Homoseksuele paren wordt dezelfde rechten toegekend als heteroseksuele paren. Mensen met een handicap krijgen meer geld te besteden. „Het beleid richt zich op de kwesties, ook de moeilijke, die opgelost moeten worden om de uitdagingen van de toekomst het hoofd te bieden”, zei Blair na de toespraak van de koningin in het Lagerhuis.

Michael Howard, de nieuwe leider van de Conservatieve Partij, zei echter dat de regering-Blair de tijd die ze aan de macht is heeft verspild. „Deze regering is gekozen met grote beloftes en een heel breed mandaat. De wereld lag aan haar voeten en een enorm parlementair leger stond klaar om alle voorgestelde maatregelen erdoor te duwen”, zei Tory-leider Howard. „Maar na zes en een half jaar is dit een premier die zijn grip op de situatie kwijt is en een regering die de weg kwijt is. Ze zijn hun steun aan het verliezen, en dat weten ze.”

Hoewel Blair heeft beloofd de overheidsdiensten, waaronder het openbaar vervoer, het onderwijs en de gezondheidszorg, te verbeteren, waren de Britten het afgelopen jaar vooral getuige van een belastingverhoging en de Britse deelname aan een door velen verfoeide oorlog in Irak. Veel parlementariërs van de Labour-partij morren dat premier Blair te ver van de socialistische principes afwijkt, vooral door particulieren te laten investeren in overheidsdiensten.

De Labour-regering van Blair steunt weliswaar op een ruime meerderheid in het Lagerhuis -163 zetels verschil ten opzichte van de Tories-, maar moet nu gaan vrezen voor een revolte in de eigen partij. Dat werd vorige week al duidelijk toen een regeringsvoorstel om staatsziekenhuizen hun eigen fondsen te laten werven met slechts zeventien zetels verschil werd goedgekeurd. Blair heeft sinds hij premier werd in 1997 geen nederlaag in het Lagerhuis geleden, maar het woensdag begonnen parlementaire jaar ziet er slecht voor hem uit.