Amsterdam bezorgd om kloof tussen arm en rijk
Het Amsterdamse college streefde vanaf de start in 2010 een „ongedeelde stad” na, zonder extreme sociaaleconomische verschillen. Desondanks leeft de indruk dat de verschillen tussen arm en rijk groter worden. De gemeente laat onderzoeken of dit beeld klopt.
Scheidslijn in Amsterdam lijkt de ringweg A10. Buiten de ring zouden de kansarmen wonen met een niet-westerse achtergrond. Binnen de ring zouden de rijken wonen en zouden er meer voorzieningen zijn.
Wethouder Van Es (GroenLinks, diversiteit) kondigde maandag aan dat ze laat onderzoeken of dit beeld klopt. Bovendien wil ze weten wat de eventuele positieve of negatieve effecten zijn van een dergelijke tweedeling.
Drie dagen na Van Es’ aankondiging meldden makelaars dat er in Amsterdam steeds meer woningen worden verkocht voor meer dan de vraagprijs. Afgelopen kwartaal betaalde 8 procent van de kopers meer dan de eigenaar ervoer vroeg. Ook hier speelt de ring een sleutelrol. Met name huurhuizen en panden binnen de ring zijn populair. Koopwoningen zijn relatief schaars, de vraag stijgt, dus de prijs stijgt ook.
Voor veel Amsterdammers is het bestaan van een tweedeling tussen arm en rijk in de hoofdstad allang geen vraag meer. Ze betwisten dan ook het nut van een dergelijk onderzoek. „Echt heel schofterig dat er onderzocht moet worden wat wij met z’n allen al weten”, zegt „Ronie” op de website van De Telegraaf. Hij wijst op de kosten die ermee gemoeid zijn en vraagt zich af of het ook niet eens tijd wordt dat er wordt gekeken naar wat bestuurders met de uitkomsten doen. Ook de teneur van andere reacties op het aangekondigde onderzoek is overwegend negatief.
CDA-fractievoorzitter Shahsavari-Jansen heeft eveneens haar vragen bij de toegevoegde waarde van nieuw onderzoek. Volgens haar hebben talloze rapporten voldoende aangetoond dat er een kloof bestaat tussen het welvarende deel van de grachtengordel en bewoners van sociale huurwoningen die minder te besteden hebben.
Shahsavari is er stellig van overtuigd dat de tweedeling in stand wordt gehouden door het grote aanbod sociale huurwoningen. „Het woningaanbod bestaat voor bijna twee derde uit sociale huur. Deze woningen zijn vooral buiten de ring te vinden en zijn bedoeld voor bepaalde inkomensgroepen. Wie een te hoog jaarinkomen heeft, kan daar dus niet terecht. Dat het stadsbestuur nu zegt zich zorgen te maken over deze tweedeling, begrijp ik dan ook niet. Sinds jaar en dag hamert met name de PvdA op het dogma dat 30 procent van elk bouwproject voor sociale huur bestemd moet zijn, maar de middenklasse kan nergens terecht. Zo ontstaat er vanzelf segregatie.”
Volgens het CDA-raadslid zou de stad ermee gediend zijn als ook mensen met typische middenklasseberoepen als verpleegkundige, docent of kantoormedewerker een eerlijke kans krijgen om zich in Amsterdam te vestigen. „Nu verdienen deze mensen te veel om in aanmerking te komen voor een sociale huurwoning en te weinig om een betaalbare woning in de vrije sector te bemachtigen. Het gevolg is dat ze Amsterdam verlaten en noodgedwongen uitwijken naar plaatsen als Almere, Amstelveen en Purmerend. Dat is ontzettend jammer voor de stad. Als er meer betaalbare woningen komen, komt Amsterdam in beeld bij de middenklasse. Dan krijgen we een gemengde stad en wordt de kloof tussen arm en rijk vanzelf minder.”
De dreigende tweedeling tussen arm en rijk in grote steden werd al in 2006 voorspeld in de ministeriële nota ”Steden van morgen, keuzes van vandaag”. Ook toen luidde de remedie: investeren in het aantrekken van middeninkomens. Wordt alles op zijn beloop gelaten, dan voorspellen de opstellers van het rapport spanningen tussen bevolkingsgroepen. „Deze spanningen kunnen de stad tot een kruitvat maken.” Amsterdam is gewaarschuwd.