Koning Willem-Alexander stak zijn liefde voor het kleinste van de Caribische eilanden van het koninkrijk niet onder stoelen of banken. „We houden enorm van Saba”, vertelde hij een Venezolaanse student die net had meegedaan aan een uitgebreide vlaggenparade van 40 vertegenwoordigers van de 66 nationaliteiten die op het 13 vierkante meter grote Saba wonen. In nationale dracht verwelkomde elk van de vlaggendragers het koningspaar in de eigen landstaal op het eiland. Van Russisch tot Chinees, en van Arabisch tot Hebreeuws.

Het koningspaar bezocht ter afsluiting van het 6 uur durende bezoek een sociaal woningbouwproject in The Bottom, dat tot stand kwam met hulp van woningbouwcorporatie Woonlinie. De eerste bewoners van de fraaie appartementen kregen onder toeziend oog van de koning de sleutel van hun huis. „Ik ben heel blij dat u hier bij bent. Misschien moet u hier ook komen wonen”, suggereerde een van de trotse huizenbezitters. „Wij komen geheid onderaan de wachtlijst”, wist Willem-Alexander.

De belangstelling voor het koninklijk bezoek was dit keer iets minder dan 2 jaar geleden bij de visite van koningin Beatrix. Het eilandbestuur had toen een officiële feestdag afgekondigd, nu niet. Saba was de tweede halte op de woensdag op Sint-Maarten begonnen rondreis langs de 6 Caribische eilanden. Willem-Alexander en Máxima vliegen vrijdag naar Sint-Eustatius.