„VS willen met informatie wereldmacht behouden”
De Verenigde Staten zijn bezig met een nieuw soort kolonialisme, zegt de Franse informatiespecialist Christian Harbulot. Het gaat hen daarbij uiteindelijk om de economie en die zullen ze met hand en tand verdedigen. „Ze kunnen hun Europese partners wel beloven dat ze niet meer in hun systemen zullen binnendringen, maar dat zijn slechts woorden.”
Mark Heijster
Of Christian Harbulot geschokt was door de omvang van de afluisterpraktijken van de Amerikaanse inlichtingendienst NSA? Niet echt. „Het grote publiek heeft nu voor het eerst gezien dat geheimen in onze informatiemaatschappij gewoonweg niet meer bestaan”, zegt hij. Het vraagt volgens hem vooral om een andere strategie in de economische wereld. Harbulot ziet namelijk grote economische belangen achter de spionagepraktijken van de Amerikanen.
Harbulot is directeur van de Parijse School voor Economische Oorlogsvoering. Dit is een postdoctorale opleiding, opgericht in 1997, waar jaarlijks zo’n honderd studenten de kneepjes van economische oorlogsvoering bijgebracht worden.
Het voornaamste wapen dat de studenten leren hanteren is informatie. Hun wordt bijgebracht hoe ze informatie van de concurrent moeten analyseren en hoe ze die van zichzelf strategisch kunnen inzetten en manipuleren. Informatie wordt nog steeds door spionage verkregen, maar het is een stuk goedkoper om schade toe te brengen aan de reputatie van een ander. Studenten leren ook wat ze moeten doen als de eigen onderneming doelwit daarvan is geworden.
„Goedbeschouwd hebben we te maken met twee werelden”, legt Harbulot uit. Hij onderscheidt de materiële wereld en de immateriële, waarbij de laatste term doelt op de hele informatiemaatschappij en internet in het bijzonder. Volgens Harbulot controleren de Verenigde Staten de tweede wereld, waardoor de soevereiniteit van andere staten wordt aangetast. „Een staat kan zich niet meer beveiligen. Dat heeft Snowden duidelijk aangetoond”, zegt hij. „Het betekent echter ook dat het niet meer mogelijk is industriële geheimen te bewaren.”
Het gaat dus om zaken die verder gaan dan het aftappen van die miljoenen telefoons.
„Spionage is maar een deel van het probleem. De Verenigde Staten willen die immateriële wereld blijven beheersen, niet alleen omdat ze die zelf hebben gecreëerd, maar vooral omdat er in de komende decennia enorme commerciële belangen op het spel staan. Daarmee hangen veel dingen samen, zoals bijvoorbeeld het behoud van werkgelegenheid. De Verenigde Staten zullen niet bereid zijn hun commerciële vrijheid op te geven. Ze kunnen hun Europese partners wel beloven dat ze niet meer in hun systemen zullen binnendringen, maar dat zijn slechts woorden.
De Verenigde Staten verliezen op wereldniveau op veel terreinen hun macht. Willen ze zich echter toch handhaven dan moeten ze op zoek naar een andere manier. En dat is de volledige controle van de informatiemaatschappij.”
Heeft Europa dat gevaar te laat zien aankomen?
„Europa was zich er al snel van bewust, maar voelde zich machteloos. Ik herinner me dat de Franse veiligheidsdienst, de SGDSN, op die controle moest toezien, maar dat die vanaf het begin al heeft aangegeven dat er geen enkele beveiliging mogelijk was. Daar heb je het probleem al. We wisten dat internet ons geen enkele veiligheid bood.”
Zijn er nooit andere parallelle informatiesystemen ontwikkeld?
„Nee, en dat is inderdaad het probleem. Europa had meteen na de Conferentie van Lissabon van 2000 (waar werd gepraat over een langetermijnstrategie om de EU in 2010 de sterkste economie van de wereld te maken, red.) heel serieus naar de vraag moeten kijken om iets dergelijks te ontwikkelen. Het creëren van een autonome informatiemaatschappij is echter nogal wat. De Russen en de Chinezen hadden bij de ontwikkeling van hun geografisch internet nog het voordeel dat ze met één taal te maken hadden. Gezien de linguïstieke diversiteit ligt dat in Europa heel gecompliceerd. Dat is al een belangrijk probleem.”
Wat kunnen we nog doen?
„Op dit moment weet ik echt niet hoe we dit moeten gaan aanpakken. Ik hoop dat de huidige onthullingen de discussie aanwakkeren. Mogelijk gebeurt dat ook in Nederland, dat gewoonlijk weinig kritisch staat in dit soort kwesties. Ik denk dat het voor de Verenigde Staten een enorm probleem is dat hun strategie nu gewoon op straat ligt, hoewel ze die al niet heel goed verborgen hielden. Als de Europeanen een beetje de Amerikaanse media zouden bijhouden, dan hadden we ons tijdens de tweede termijn van Clinton al achter onze oren kunnen krabben toen de Amerikanen aangaven dat ze op dit terrein een leidende rol wilden hebben. ”
We kunnen ons helemaal niet meer beschermen?
„Ik zie niet zo gauw hoe we uit dit machtsspel kunnen geraken, want geen enkel land is in staat om de Amerikanen te hinderen in waar ze mee bezig zijn. Het is voor het eerst in de geschiedenis van de mensheid dat een land de volledige controle heeft. Dat is een groot probleem in de internationale betrekkingen.
Bij grote ondernemingen heerst de overtuiging dat ze het er maar mee moeten doen, vanuit de gedachte dat we er nu eenmaal geen invloed op hebben. Dat betekent dat ze vooral bezig zijn met het beperken van de schade. Een wondermiddel bestaat er niet. De persoon die verantwoordelijk is voor de beveiliging van de systemen in ondernemingen heeft een verschrikkelijke baan. Hij kan zijn baas niet beloven dat zijn werk ook resultaat oplevert.”
Helpen we de Amerikanen niet door hun software te gebruiken? Hoe kan het bijvoorbeeld dat het Franse leger gebruikmaakt van Microsoft? Dan geef je de Amerikanen dus eigenlijk de sleutel van je huis?
„De hoogste regionen van het Franse leger staan heel dicht bij de Amerikanen. Het verbaast mij dus absoluut niet dat er Amerikaanse software gebruikt wordt. Maar voor mij is het een fundamentele fout, je kunt dat geen vergissing noemen.
Het is een goed bewaard geheim dat veel mensen choqueert, maar de realiteit is dat we ten aanzien van de Verenigde Staten geen enkele soevereiniteit bezitten op het terrein van de informatiemaatschappij. De hele affaire-Snowden laat ons zien wat we niet wilden zien.
Het zal een enorme taak zijn, maar er zal een andere cultuur moeten komen. We kunnen het ons niet meer veroorloven om zo door te gaan. De Verenigde Staten zijn een kolonisator geworden. Dat durf ik wel te stellen. De opslag van gegevens in een cloud kun je ook nationaliseren. Dat is een belangrijke eerste stap.”