Reizigers zagen Oranjezaal als feestzaal
DEN HAAG (ANP). Reizigers zagen de Oranjezaal in Paleis Huis ten Bosch in Den Haag in de 17e eeuw vooral als feestzaal, en niet als de gedenkruimte waarvoor de zaal was bedoeld. De rijkelijk gedecoreerde ontvangstruimte in het huidige woonhuis van prinses Beatrix werd als „een prinselijke banketzaal” omschreven in reisgidsen en reisverslagen, blijkt uit een woensdag verschenen boek over de Oranjezaal en het paleis.
Sommige reizigers vonden Huis ten Bosch zelfs een lustpaleis. „Alleen geschikt voor een banket, of voor een lichte maaltijd in de koelte van een zomeravond, of jawel, een rendez-vous met een liefje”, schreef de Britse reiziger William Mountague in 1695. Al in de 17e eeuw werden Huis ten Bosch en de Oranjezaal veel vermeld in reisgidsen. Vooral bezoekers uit adellijke of de hoge burgerkringen hadden interesse in het interieur.
De Oranjezaal werd tussen 1648 en 1652 ingericht ter nagedachtenis aan stadhouder Frederik Hendrik (1584-1647). Zijn echtgenote Amalia van Solms (1602-1675) gaf na de dood van haar man 12 kunstenaars de opdracht voor het decoreren van de zaal.
Het leidde tot tientallen schilderijen en beschilderde houten onderdelen die de stadhouder verheerlijken en zijn „roemrijke leven en daden” uitbeelden. Het project kostte Amalia van Solms 24.950 gulden. Dat was zelfs voor haar in die tijd een enorm bedrag, ook al was ze in de Hollandse Gouden Eeuw met afstand de rijkste vrouw.
De nu niet toegankelijke Oranjezaal geldt als een van de indrukwekkendste en best bewaarde creaties uit de Gouden Eeuw. Het beschilderde ensemble is het enige in zijn soort dat de tand des tijds heeft doorstaan.
Kunsthistorici Margriet van Eikema Hommes en Elmer Kolfin hebben uitvoerig onderzoek gedaan naar de Oranjezaal, na de voltooiing van een restauratie in 2001. Zij concluderen dat Amalia van Solms door de heroïsche weergave van Frederik Hendrik het doel had de erfopvolging van het stadhouderlijke ambt te realiseren. De schilderingen passen eerder bij een koning dan bij een stadhouder, stellen zij.