Italië is Israëls grootste vriend in Europa. Dit zei Ariel Sharon tijdens zijn driedaags bezoek aan Rome, dat woensdag is afgesloten. „Sinds Silvio Berlusconi is aangetreden zijn de relaties tussen beide landen verbeterd”, zei de Israëlische premier. „We hebben niet eerder een voorzitter van de Europese Unie gehad die ons zo gunstig gezind is.”

Sharon voerde dinsdag een langdurig werkoverleg in de ambtswoning van Berlusconi. De Israëlische premier bracht daarbij de condoleances namens zijn regering en het Israëlische volk over in verband met de negentien Italianen die vorige week bij een bomaanslag in de Zuid-Iraakse stad Nasiriyah om het leven kwamen. Ook stuurde Sharon een krans naar de Sint-Pauluskerk, waar dinsdagochtend, op een dag van nationale rouw een herdenkingsdienst voor de slachtoffers werd gehouden. Tijdens zijn ontmoeting met Berlusconi herhaalde Sharon dat een overleg met de Palestijnse premier Ahmed Qurei staat gepland.

Het bezoek van Sharon aan Rome werd gekenmerkt door zware veiligheidsmaatregelen. De wijde omgeving van Berlusconi’s ambtswoning was dinsdagavond afgesloten. Scherpschutters van de politie stonden op daken van omringende huizen. Sharons hotel bij het Forum Romanum was hermetisch afgesloten van de buitenwereld. Om zichzelf zo min mogelijk bloot te stellen aan gevaren ontving Sharon de Italiaanse minister van Defensie in zijn hotelsuite. Beide landen willen hun samenwerking op het gebied van defensie intensiveren.

Maandag bezocht Sharon de Joodse gemeenschap in Italië. In een paginagrote advertentie in het dagblad Corriere della Sera was hij daags ervoor welkom geheten door Italiaanse Joden. In de Joodse wijk hingen stickers met daarop ”Welkom in Rome, Arik”. Sharon riep de Italiaanse Joden op naar Israël te verhuizen. In Rome woont de oudste Joodse gemeenschap ter wereld. Na de verwoesting van Jeruzalem in 70 na Christus vestigden zich reeds Joden in de hoofdstad van het Romeinse Rijk. Tegenwoordig bestaat de gemeenschap uit zo’n 50.000 Joden.

Ondanks hun eeuwenlange geschiedenis zijn Italiaanse Joden niet erg gezien. Volgens een opinieonderzoek in opdracht van het gezaghebbende dagblad Corriere della Sera onder 700 mensen is een op de vijf Italianen antisemitisch. Twintig procent van de ondervraagden vindt dat „Joodse landgenoten geen echte Italianen” zijn en 10 procent is van mening dat „Joden onbetrouwbaar zijn.”

Over Israël zijn de meningen nog negatiever: slechts 40 procent van de ondervraagden staat sympathiek tegenover de Joodse staat. Een op de vijf Italianen meent dat het beter was als Israël niet bestond. Uit de enquête van vorige week blijkt ook de onwetendheid over het Israëlisch-Palestijnse conflict. De meerderheid weet nauwelijks of niets van de geschiedenis. De samenhang tussen het gebrek aan kennis van de geschiedenis en antisemitisme is duidelijk. Van degenen die (haast) niets weten over het conflict zijn is bijna 30 procent antisemitisch.

Sharon zou woensdag, op de laatste dag van zijn Italiaanse verblijf, de Italiaanse president Carlo Azeglio Ciampi ontmoeten. Ook stond een ontmoeting met leiders van de centrumlinkse oppositie op het programma. Onder hen was niet het hoofd van de Italiaanse communisten, die zich graag laat voorstaan op zijn vriendschap met de Palestijnse leider Yasser Arafat. Hij beklaagde zich gisteren over het feit dat een „oorlogsmisdadiger” als Sharon juist op een dag van nationale rouw Italië bezoekt.

Tegen de verwachting in brengt Sharon geen bezoek aan het Vaticaan. De officiële verklaring hiervoor is dat het om een bilateraal bezoek gaat. In Joodse kringen vielen de woorden van de paus van afgelopen zondag niet goed. Nog geen 24 uur na de bomaanslag op twee synagogen in Istanbul had de paus Israël opgeroepen af te zien van de bouw van de veiligheidsmuur in het Heilige Land. „De paus moet geen politiek bedrijven”, reageerde de Joodse schrijver Eli Wiesel in een interview met het dagblad Corriere della Sera. „De terroristen in Istanbul vermoordden geen Joden wegens de muur, maar omdat ze hen haatten.”