Kerk & religie

Gereformeerd in Polen

Net als in Frankrijk werd de Reformatie in Polen in bloed gesmoord. De maatschappelijke betekenis van de Gereformeerde Kerk is vandaag minimaal. Worstelend zoekt de kleine kerk haar weg in het orthodox-roomse land.

18 September 2013 21:39Gewijzigd op 15 November 2020 05:54
Bisschop Marek Izdebski bevestigt ds. Tomasz Pieczko tot predikant van Zelow. beeld RD
Bisschop Marek Izdebski bevestigt ds. Tomasz Pieczko tot predikant van Zelow. beeld RD

Een monument in de tuin naast de gereformeerde kerk van Zelow herinnert aan Johannes Hus. In het begin van de negentiende eeuw werd het karakteristieke godsgebouw gesticht door uit Tsjechië afkomstige Moravische broeders, geestelijke nazaten van Johannes Hus. De gemeente in het dorp in Centraal-Polen sloot zich aan bij de Evangelisch-Gereformeerde Kerk (Kosciol Ewangelicko-Reformowany) van Polen, maar behield tot vandaag een Tsjechische kleur.

Op 8 september kreeg Zelow een nieuwe predikant in de persoon van Tomasz Pieczko. Na een twaalfjarig verblijf in Frankrijk en België, waar hij gemeenten in Maubeuge en Mons diende, keerde de ex-priester terug naar zijn vaderland. Voor het behoudende deel van het minuscule Poolse kerkverband was het een aangename verrassing.

Tsjechische driehoek

In 2003 haalde de gemeente van Zelow de landelijke pers door de bevestiging van Wiera Jelinek tot eerste vrouwelijke predikant van Polen. De Rooms-Katholieke Kerk en de Lutherse Kerk in het land beschouwden het als een provocatie. Vanuit liberale kringen kwamen enthousiaste reacties. Een Poolse reisgids ging de predikante zelfs als toeristische attractie vermelden.

Het merendeel van de gemeente was allerminst gelukkig met de bevestiging van de vrouw van hun predikant tot predikante. In 2010 werd ze door een ledenvergadering afgezet, waarna het predikantenechtpaar naar Tsjechië vertrok. Voor de progressieve gemeenten binnen de Gereformeerde Kerk in Polen typeerde het de conservatieve houding van de gemeente van Zelow. Samen met de gemeenten van Belchatow en Kleszczow, eveneens gesticht door Moravische broeders, vormt die de zogenaamde „Tsjechische driehoek.”

In tegenstelling tot de vaak elitaire Poolse gereformeerden legden de Moravische broeders grote nadruk op soberheid en praktische vroomheid. Die piëtistische achtergrond is tot vandaag merkbaar in de door hen gestichte gemeenten. De tegenstelling tussen Pools en Tsjechisch binnen het kerkverband zorgde meer dan eens voor spanningen, maar tot een scheiding kwam het niet.

Autonoom

Anders dan de aanwezigheid van een bisschop doet vermoeden, heeft de Gereformeerde Kerk in Polen geen episcopaal karakter. Integendeel, de gemeenten zijn behoorlijk autonoom en in de jaarlijkse synodevergadering hebben ook niet-ambtsdragers zitting. De leden van de synode kiezen het consistorie (het dagelijks bestuur van de kerk) voor de duur van drie jaar. Een belangrijke taak van de bisschop, die door de synode voor een periode van tien jaar wordt verkozen, is het „toezicht op de eenheid van geloof in alle gemeenten.” Geen eenvoudige opdracht in het plurale kerkverband.

Van 1978 tot 2002 was ds. Zdzislaw Tranda bisschop. Binnen zijn kerkverband had hij groot gezag, mede door zijn moedige houding onder het communistische bewind in Polen. Tranda was een van de weinige kerkleiders die zich niet lieten manipuleren. In 2002 werd hij opgevolgd door ds. Marek Izdebski, predikant van Belchatow, die vorig jaar werd herkozen. Onder Izdebski kreeg de Gereformeerde Kerk in Polen haar eerste vrouwelijke predikant. De consternatie die dat opleverde, zowel intern als extern, bezorgde de bisschop een behoorlijke schrik. Zijn ruime visie op de vrouw in het ambt is niet veranderd, maar voorlopig wil hij geen herhaling.

Kerkbladen

Nog meer hoofdbrekens bezorgt hem de discussie rond homoseksualiteit binnen zijn kerkverband. Progressieve gemeenteleden organiseerden, met name in Warschau, een ware homolobby. De gemeenten uit de Tsjechische driehoek wijzen het praktiseren van homoseksualiteit radicaal af, net als de kleine maar actieve evangelicale stroming binnen de Gereformeerde Kerk in Polen.

De gemeenten van Zelow, Belchatow en Kleszczow beschikken over een eigen orgaan: het kwartaalblad Nowiny, waarin ze onder anderen ds. Tomasz Pieczko lieten publiceren. Die was op de synode van 2011 woordvoerder van het conservatieve deel van de Gereformeerde Kerk in Polen bij de bespreking van het agendapunt over de omgang met praktiserende homoseksuelen binnen de kerk.

De strijd lijkt beslist in het voordeel van de conservatieve stroming. Ook bisschop Izdebski wijst de homoseksuele praxis nu onomwonden af. Voor de progressieve leden van het kerkverband was deze ontwikkeling reden om een eigen orgaan te gaan uitgeven: Pismo er. In het landelijke kerkblad Jednota, dat maandelijks verschijnt, kunnen ze hun opvattingen over homoseksualiteit niet meer ventileren.

Grote stap

De macht van de Rooms-Katholieke Kerk in Polen nam sinds de val van het communisme enorm toe. „Theoretisch heeft de Gereformeerde Kerk dezelfde rechten”, constateert Izdebski, „maar in werkelijkheid is dat niet het geval. We worden getolereerd.”

In de steden leven predikant en pastoor meestal langs elkaar heen. In de dorpen heeft de plaatselijke pastoor achter de schermen de macht in handen. „Daarom is het belangrijk dat je op het persoonlijke vlak de relatie goed probeert te houden”, weet ds. Krzysztof Goral, predikant van de kleine gereformeerde kerk in Kleszczow. „Met de huidige priester heb ik een goed contact. In allerlei praktische zaken werken we samen.”

Ook met een aantal leden van de plaatselijke rooms-katholieke parochie heeft hij vrij intensief contact. „Je zou hen sympathisanten van onze kerk kunnen noemen. Die vinden ze beter georganiseerd dan de Rooms-Katholieke Kerk. Ze hebben ook belangstelling voor de protestantse theologie. Sommigen kennen die inmiddels beter dan mijn eigen gemeenteleden, maar lid zullen ze niet snel worden. Dat is in dit land een onvoorstelbaar grote stap.”


Kerk in de marge

In de zestiende eeuw leek Polen een bastion van de Reformatie te worden. Lang duurde dat niet. De protestanten vormen er nu een kleine minderheid, de gereformeerden een fractie van die minoriteit. Een blik in de historie.

Duitse handelaren brachten de opvattingen van Luther mee naar Polen. Vooral in de Pruisische steden in het huidige West-Polen vond de reformatorische boodschap weerklank. Al in 1519 werden de geschriften van Luther in Breslau (het huidige Wroclaw) gedrukt. Koning Sigismund II, die in 1530 aan het bewind kwam, onderhield een briefwisseling met Melanchthon en Calvijn. De Geneefse reformator droeg zijn commentaar op de brief aan de Hebreeën aan de Poolse vorst op.

Vooral de lagere adel op het platteland voelde zich aangetrokken tot het calvinisme. De nadruk op de zelfstandigheid van de plaatselijke gemeente sloot aan bij hun afkeer van centraal georganiseerde macht. De gereformeerden onderhielden vriendschappelijke contacten met Moravische broeders uit Tsjechië die naar Polen waren gevlucht. In de steden gaf het lutheranisme de toon aan.

Johannes a Lasco, de belangrijkste hervormer van Polen, probeerde lutheranen, calvinisten en Moravische broeders in één kerkverband te verenigen. Tijdens zijn leven lukte dat niet, vooral door onwil van de lutheranen. Na de dood van A Lasco sloegen de drie groepen alsnog de handen ineen. In het huidige Sandomierz werd in 1570 de Overeenkomst van Sandomir getekend. Na 25 jaar viel de unie alweer uiteen, door het vertrek van de luthersen. De samenwerking tussen de gereformeerden en de Moravische broeders hield wel stand.

De Poolse gereformeerden waren zeer actief in het onderwijs en hadden grote aantrekkingskracht op het intellectuele deel van de Poolse bevolking. Lang duurde de bloei van het Poolse protestantisme niet. Al tijdens het leven van A Lasco kwam de Contrareformatie op gang. Onder leiding van jezuïeten werden eerst de socinianen verdreven, daarna kregen de protestanten het te verduren. De innerlijke verdeeldheid onder de Poolse protestanten versnelde de neergang. Polen werd een rooms-katholieke staat, hoewel het protestantisme er nog wel opwekkingen kende, met name in Silezië.

In 1712 werden alle publieke protestantse erediensten verboden. Van de 570 protestantse gemeenten die Polen in 1591 telde, waren er in 1768 nog maar 160 over: 120 lutherse en 40 gereformeerde. Een belangrijk deel van de Gereformeerde Kerk in Polen bestond uit Franse, Zwitserse en Schotse immigranten die aan het begin van de achttiende eeuw naar Polen waren gevlucht.

Onder druk van de omringende landen kregen de Poolse protestanten in 1768 weer toestemming om godsdienstoefeningen te houden. Er ontstonden nieuwe gemeenten en het gereformeerde onderwijs en sociale werk bloeiden op. Een tweede golf van uit Tsjechië verdreven Moravische broeders vestigde zich in Silezië. In het begin van de negentiende eeuw trok een deel verder naar Zelow en Kucow in Centraal-Polen. De daar door hen gestichte gemeenten sloten zich aan bij de Gereformeerde Kerk.

Polen was inmiddels opgedeeld over het Habsburgse, het Russische en het Pruisische rijk, een situatie die tot 1918 zou duren. Toen werd de Tweede Poolse Republiek gesticht. De Gereformeerde Kerk in Polen maakte in de tweede helft van de negentiende eeuw een periode van relatieve bloei door. In 1880 verrees in Warschau een groot nieuw kerkgebouw, met daaraan verbonden een drukkerij en een uitgeverij die vanaf 1926 het kerkelijk maandblad Jednota uitgaf. De Gereformeerde Kerk had ook eigen scholen, bejaardentehuizen en tehuizen voor hulpbehoevenden.

De communistische revolutie en de Tweede Wereldoorlog hadden desastreuze gevolgen voor de protestanten in Polen. Veel kerkelijk bezit werd geconfisqueerd door de communistische regering. Tal van predikanten en kerkleden kwamen tijdens de oorlog om in concentratiekampen, kerkgebouwen werden verwoest. De enkele duizenden gereformeerden die de oorlog overleefden, waren over het hele land verspreid geraakt. Een deel van Litouwen, waar de Gereformeerde Kerk sterk vertegenwoordigd was, lag na de oorlog door grensverschuivingen in de Sovjet-Unie.

Met financiële hulp uit het buitenland werd de opbouw van het kerkelijke leven in de negen resterende gemeenten ter hand genomen, onder leiding van ds. Jan Niewieczeral, van 1953 tot 1978 bisschop van de Gereformeerde Kerk in Polen. Vandaag telt de Kosciol Ewangelicko-Reformowany nog acht gemeenten met in totaal ongeveer 3500 leden, circa 350 praktiserende kerkgangers, zes predikanten en twee emeritus predikanten. De meeste predikanten zijn opleid aan de Christelijke Theologische Academie in Warschau (ChAT)

De Gereformeerde Kerk in Polen is lid van de Poolse Oecumenische Raad en ging een nauwe relatie aan met de Evangelisch-Lutherse Kerk in Polen en de methodisten, waardoor kanselruil en gezamenlijke avondmaalsviering mogelijk zijn. Sinds 2012 kunnen gereformeerden volwaardig lid zijn van een lutherse gemeente in een plaats waar geen gereformeerde kerk. Tegelijk blijven ze lid van de Gereformeerde Kerk in Polen.


Religieus in Polen (ca. 38 miljoen inwoners)

Kerk/Religie Aantal

									     	1997		     2007				2012

Rooms-Katholieke Kerk 35.000.000 33.608.192 33.400.000

Oud-Katholieke Kerken 55.000 44.850 43.800

Oosters-Orthodoxe Kerken 555.765 506.460 559.200

Protestanten 159.025 158.360 165.000

Jehova’s getuigen 161.000 220.000 129.300

Overige religies 20.170 18.742


Protestants in Polen

Kerkverband Aantal

														1997		  2007			2012

Kosciol Ewangelicko-Augsburski 87.291 76.000 71.000

Evangelisch-Lutherse kerk

Kosciol Ewangelicko-Reformowany 3.980 3.500 3.500

Evangelisch-Gereformeerde Kerk

Kosciol Ewangelicko-Metodystyczny 4.250 4.460 4.400

Methodisten

Evangelisch, pinksteren en charismatisch 52.395 54.500 58.000

Kosciol Nowoapostolski 5.110 4.800 5.200

Nieuw-Apostolische Kerk

Kosciol Reformowany Adwentystww 6.000 9.600 9.700

Dnia Siodmego

Zevendedags-Adventisten

Totaal 159.026 152.860 151.800

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer