Binnenland

Rare taaleisen om allochtoon te weren

Vroeger was discriminatie een blanke die een zwarte uitschold. Vandaag de dag is het verschijnsel veel ingewikkelder. Antillianen en Marokkanen bevechten elkaar om het overwicht in hun wijk. Jongeren van Arabische origine geven af op Joden en andersom. Moslims die beschimpt worden, schelden op hun beurt weer homo’s uit.

ANP
14 November 2003 09:24Gewijzigd op 14 November 2020 00:43

Dat blijkt uit een klachtenanalyse van het Rotterdamse antidiscriminatiebureau Radar, dat twintig jaar bestaat. Discriminerende handelingen zijn nu divers en worden over en weer steeds gemakkelijker gebruikt. „Ik vrees dat we nog wel een tijdje werk hebben”, aldus directeur C. Triesscheijn gisteren.

Radar was bij de oprichting in 1983 het eerste antidiscriminatiebureau in Nederland. Destijds vormde discriminatie op grond van ras ruim 95 procent van alle binnenkomende zaken. Dat is nu gedaald tot 70 procent, en die klachten gaan ook over allochtonen die autochtonen óf elkaar beschimpen.

De grenzen tussen daders en slachtoffers zijn aan het vervagen, constateert Radar. Mensen die in de ene situatie mikpunt van spot zijn, halen in andere verbanden hun gram. „De problematiek wordt ingewikkelder”, zegt Triesscheijn. „Rotterdam telt inmiddels 160 nationaliteiten en een veelvoud aan leefstijlen. De uitdaging is te voorkomen dat diversiteit ontaardt in verdeeldheid.”

Radar behandelde in totaal 8644 klachten. In de afgelopen vijf jaar verwerkte het bureau ruim 15 procent van het landelijke aantal. De laatste twee jaar komen er minder klachten binnen, maar dat hoeft volgens het bureau niet te betekenen dat de discriminatie zelf afneemt.

Het verschijnsel kan zich bij strengere bestrijding in verhulder vorm voordoen. Bijvoorbeeld op de arbeidsmarkt. Vroeger durfden bedrijven openlijk in wervingsadvertenties te melden dat buitenlanders niet hoefden te solliciteren. Tegenwoordig gebeurt dat heimelijker. „Bijvoorbeeld door het stellen van rare taaleisen voor een functie. Als je dan belt, blijkt het een middel om allochtonen buiten de deur te houden”, zegt Triesscheijn.

Volgens de directeur is anderzijds de bereidheid onder sommige groepen laag om zich met een klacht te melden. „Jongeren willen zich niet graag als slachtoffer afficheren. Als je dat doet, ben je toch een beetje een ”loser”. Als ze een paar keer geweigerd worden bij een disco, gaan ze gewoon naar een andere gelegenheid. We krijgen eerder hun boze ouders aan de deur, omdat die het zelf vroeger ook hebben meegemaakt.”

De aanpak van discriminatie bleek de voorbije twintig jaar weerbarstig. De justitiële weg noemt Triesscheijn „een drama” waar het gaat om horecazaken. Radar probeerde in ’95 de Baja Beach Club te vervolgen toen werd vastgesteld dat de portiers 70 procent van de allochtone bezoekers de toegang weigerden. „We deden aangifte, maar kwamen in een politieke stroop terecht, ook omdat ze advocaat Spong hadden ingehuurd.”

Het bleek effectiever om het stadhuis in te schakelen. Een waarschuwing van burgemeester Opstelten aan disco Hollywood om de zaak preventief te sluiten, maakte in 2000 indruk op de Rotterdamse horeca. Inmiddels is een convenant deurbeleid van kracht, dat tot een halvering van de klachten heeft geleid.

Voor Radar is het moeilijker om discriminatie op de werkvloer te bestrijden. Werknemers durven hun baas nauwelijks aan te spreken uit angst hun baan te verliezen. Ook voorvallen op straat zijn moeilijk aan te pakken. Degene die een ander bespuugt of uitscheldt is meestal snel gevlogen.

Triesscheijn maakt zich eveneens zorgen over de toon van het Rotterdamse debat over spreiding van kansarme allochtonen. „In dat debat wordt een fors deel van de bevolking als probleemveroorzaker gestigmatiseerd. Je geeft dan ook de mensen die van goede wil zijn het gevoel dat je ze liever kwijt bent.”

Ook de ophef over de Marokkaanse Essalam-moskee bevreemdt hem. Het stadsbestuur vindt het gebedshuis te traditioneel. „We hebben laatst ook een Russisch-orthodoxe kerk geopend. Heeft u daar de wethouder over gehoord?”

Volgens de Radar-directeur wreekt het zich dat de bevolking steeds minder een gedeeld verleden heeft en dat de gemeenschappelijke toekomst in twijfel wordt getrokken. Daarom zou er meer aandacht moeten zijn voor preventie.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer