Dat staat in een verklaring die zeven kerkleiders maandag naar buiten hebben gebracht. De bisschoppen van verschillende orthodoxe kerken in en rond Syrië vragen in het bijzonder ook om vrijlating van twee metropolitaanse geestelijken die in het Syrische Aleppo zijn ontvoerd: Mar Gregorios Yohanna Ibrahim en Bulos Yazigi.

De kerkleiders vragen de betrokken partijen verder het geweld af te zweren en voor een dialoog te kiezen. Alleen zo kan volgens hen een einde komen aan het „lijden van volken” en de bloedige strijd die ook een bedreiging vormt voor de veiligheid en stabiliteit in omliggende landen.

Zij roepen op de terugkeer van gevluchte en verdreven Syriërs mogelijk te maken en vragen om een politiek orde die de mensenrechten, en daarmee ook de godsdienstvrijheid, garandeert.

Christenen in het Midden-Oosten zijn een wezenlijk en niet weg te denken element in de samen­leving, stellen de kerkleiders. „Wij zijn ervan overtuigd dat christenen ook in de toekomst –in samenwerking met de medeburgers van allerlei geloofsovertuigingen en politieke richtingen– een bijdrage kunnen leveren aan de opbouw van een samenleving die gekenmerkt wordt door vrede en het respecteren en eerbiedigen van de mensenrechten.”

De kerkleiders zeggen met alle christenen en mensen van goede wil in gebed verenigd te zijn voor een menswaardige toekomst.

De verklaring is opgesteld onder leiding van kardinaal Christoph Schönborn, voorzitter van de stichting Pro Oriente in Wenen, die zich inzet voor contacten tussen de kerken in het Midden-Oosten. Ondertekenaars zijn patriarch Yuhanna X. (Orthodoxe Kerk van Antiochië), Ignatius Zakka I. Iwas (Syrisch-orthodox), Gregorios III. Laham (melkitisch Grieks-katholiek), Louis Raphael I. Sako (Chaldeeuws-katholiek), Mar Dinkha IV. (Assyrisch), Nerses Bedros XIX. (Armeens-katholiek).