De vakantie is een statussymbool geworden
„En, hoe was het?”
We hebben het natuurlijk over de vakantie. Die van 2013, welteverstaan. Het zal de afgelopen weken weer heel vaak gevraagd zijn aan familie, vrienden en bekenden. En het antwoord had je natuurlijk ook zelf kunnen bedenken. De filevrije reis, het geweldige weer, het ongelooflijk luxe appartement, het fantastische hotel en niet te vergeten de ruime camping; het wordt allemaal breed uitgemeten. Geen woord over het geruzie van de kinderen op de achterbank van de auto, het feit dat 24 kilometer voorbij Venlo ineens de TomTom kapotging, en over de vertragingen voor de alpentunnels.
Evenmin een woord over het feit dat het appartement zo vuil was dat er eerst twee dagen grote schoonmaak gehouden moest worden. Niets over de verzengende hitte, de strubbelingen met de buren op de camping die ’s avonds om 11 uur pas begonnen te leven. En zéker niets over de echtelijke ruzies in de tent. Want drie weken zo dicht op elkaar leven, gaat op een gegeven moment z’n tol eisen. Zelfs in de beste huwelijken.
Wil je een eerlijk antwoord krijgen op de vraag hoe de vakantie was, dan kun je beter niet vragen naar de laatste vakantie, maar naar die van een jaar eerder. Dan ineens blijkt het appartement inderdaad niet al te schoon te zijn geweest, was de camping overvol, het weer toch wel érg warm en de reis heen en terug een regelrechte nachtmerrie. Niets om je voor te schamen, maar ook geen zaken die je direct tegen iedereen vertelt. Want de vakantie is vaak toch ook een soort statussymbool. En daarop wordt, net als op de nieuwe auto, geen krasje of smetje geduld.
Het kan trouwens ook anders. Als je eerlijk tegen iemand vertelt wat er, naast het goede, niet zo geweldig was, komt er bijna altijd ook eerlijkheid terug. Bijna opgelucht worden ineens alle minpunten benoemd. En dan kun je zélfs nog weleens tegen een goede vriend zeggen dat je ook best wel weer blij bent om aan het werk te kunnen.
Vakantie is een hulpmiddel en zeker niet meer. Het is een manier om even los te komen van dat waaraan we in de loop van het jaar vastplakken. Om even de knip in het leven van alledag te zetten. Daarmee is niks mis, dat is zelfs heel gezond.
Maar als vakantie het doel wordt, gaat het fout. Dan móét het allemaal geweldig zijn en dat wordt het dan bijna automatisch niet. Dat wat ontspanning had moeten opleveren, verandert dan vanzelf in een bron van grote stress. Ontspanning is het doel, niet de vakantie.