Begin catechese op 6-jarige leeftijd
Er zou veel gewonnen zijn in de geloofsopvoeding van jongeren in onze tijd als zij vanaf hun zesde jaar catechisatie zouden krijgen, is de overtuiging van G. van de Breevaart.
De toespraken bij jaaropeningen van scholen, de verslagen van congressen, de rapporten en verslagen ter behandeling op synodes en bijdragen van onder anderen predikanten in het RD spreken alle van grote zorg met betrekking tot de kennisoverdracht van met name de geloofsleer aan ons nageslacht. Het lijkt erop dat het er met de opvoeding van kinderen en jongeren hopeloos voorstaat.
Hoewel er ouders zijn die biddend werkzaam zijn met de toerusting van hun kinderen conform de Bijbelse opdracht, leert de praktijk dat dit geen regel meer is. Toch is het Gods bevel om jonge kinderen aan te sporen tot het onderzoek van de Heilige Schrift. Psalm 78 is daarvan een duidelijk bewijs. Wij zijn gehouden onze kinderen verborgenheden te vertellen, die wij weten en van ons voorgeslacht hebben gehoord. Wij mogen hun die verborgenheden niet onthouden.
Dat werd beloofd bij de heilige doop voor Gods aangezicht, zodat hun kinderen het hun kleinkinderen weer vertellen zouden.
Die verborgenheden hebben betrekking op Gods handelen in het verleden met Israël en in het heden met ons en onze kinderen. „De verborgenheid der godzaligheid is groot”, zo schrijft de apostel Paulus aan Timotheüs (1 Tim. 3:16). Deze verborgenheden dienen noodzakelijk door opvoeders gekend te worden, wil er sprake zijn van overdragen.
Helaas moet worden geconstateerd dat het met de kennis van vaders en moeders niet zo best gesteld is. Ondanks het feit dat wij en onze kinderen meer onderwijs genoten dan onze voorouders, blijft de parate kennis van de Heilige Schrift ver achter.
Daarbij komt dat de vrijmacht en de almacht van onze God nauwelijks nog worden geëerbiedigd. De eerbied voor God en Zijn Woord laat bij ouders en ambtsdragers veel te wensen over. Aandacht hiervoor in prediking en pastoraat is onmisbaar.
Niemand onzer is bij machte deze ontwikkeling te keren of tot staan te brengen. Evenwel zijn we geroepen om onze belofte voor Gods aangezicht, dat wij onze kinderen zullen opvoeden in de vreze des Heeren, gestand te doen. God geve dat dit nood worde voor ouders en opvoeders. Om uit die nood te roepen tot God om Zijn hulp en bijstand in deze.
Vatbaar
Praktisch zouden we hieraan invulling kunnen geven door het catechetisch onderwijs op 6-jarige leeftijd aan te vangen. Het is een eenvoudige raad, voor velen misschien te eenvoudig. Mijn diepe overtuiging is dat de leeftijd van 6 tot 12 jaar, die nu door ouders en ambtsdragers onbenut blijft, van eminent belang is in de opvoeding van onze kinderen. Op die leeftijd zijn ze vaak nog vatbaar voor indrukken van God en Zijn alwetendheid.
Laten ouders en kerkenraden hierin hun verantwoordelijkheid nemen. Onder Gods zegen kan deze maatregel een positieve bijdrage leveren aan het zo profijtelijke besef dat wij op reis zijn naar de ontmoeting met God om rekenschap af te leggen van ons rentmeesterschap.
De auteur is ouderling en oud-evangelist in de Gereformeerde Gemeenten.