Telegraph verhaalt hoe anglicaans leider Welby tot geloof kwam
Justin Welby was volgens de journalist van The Telegraph, Charles Moore, tijdens zijn school- en studentenperiode een verlegen, wat ongelukkig uitziende jongen. Nu is hij anders. Hij oogt ontspannen. En dat is niet alleen omdat hij nu leider is van 80 miljoen anglicanen. „Het heeft te maken met het christelijk geloof”, zegt Welby.
Journalist Moore interviewde Welby over zijn verleden, over zijn persoonlijke geloof en over de toekomst van de kerk. De Britse krant The Telegraph publiceerde het interview eerder deze maand.
Op school in Eton veronderstelde Justin Welby dat er een God was, maar dat geloof bleef wat in het luchtledige hangen. Op de avond van 12 oktober 1975, inmiddels zat hij op het Trinity College in Cambridge, bad een vriend met hem. Hij voelde zich veranderen, voelde „de aanwezigheid van Iets dat er niet eerder was geweest in mijn leven. Ik zei tegen mijn vriend: „Vertel het alsjeblieft niet aan iedereen.” Ik schaamde me ontzettend dat dit mij was overkomen, zoiets als het krijgen van de mazelen.”
Sindsdien zijn er tijden geweest dat Welby naar eigen zeggen niets ervaarde van God. Maar hij is nooit teruggekomen op het besluit van die avond om Christus na te volgen. Dit is niet zijn werk, verduidelijkt hij. „Het is genade. Genade is werkelijk, gevoelens zijn voorbijgaand.”
Is het nodig voor een echt christen om een bekeringservaring te hebben gehad?
„Absoluut niet. Er zijn legio manieren waarop de Geest werkt. Het maakt niet uit hoe je er komt. Het doet er echter toe waar je je bevindt.”
Alcoholist
Welby heeft een eenzame jeugd gehad. Zijn ouders gingen uit elkaar toen hij nog klein was. Hij groeide voornamelijk op bij zijn vader Gavin Welby in Londen. Dat was een onzeker bestaan, want Gavin Welby was een alcoholist en had chronisch geldgebrek. Hij stierf toen Justin 21 jaar was. Toen ontdekte hij in het paspoort van zijn vader dat die elf jaar ouder was dan hij zich had voorgedaan.
Toen Welby aartsbisschop werd, deed hij nog een ontdekking: hij heeft joods bloed. Zijn vader heette eigenlijk geen Welby, maar Weiler. „Toen ik afgelopen maand naar het Heilige Land ging, ontdekte ik dat ik genoeg joods bloed heb om opgepakt te kunnen worden in het Duitsland van Hitler.”
De eenzaamheid en onveilige omgeving van zijn jeugd waardeert Welby nu als waardevol. Hij kwam tot geloofsvertrouwen. Dat hij verwondt is door het verleden is voor hem niet helemaal zeker. „Ik neem aan dat ik dat ben. Maar ik neem ook aan dat Gods genade buitengewoon krachtig is om iemands wonden te genezen.”
Kredietcrisis
De kredietcrisis zal zorgen voor geestelijke honger en vervolgens geestelijke welvaart, verwacht Welby. „Een samenleving die haar leven heeft gebouwd op materialisme zal vroeg of laat worden misleid door de goden in wier hand ze zich heeft overgegeven. Dat is wat er gebeurde.” Het omverwerpen van deze goden is volgens Welby een kans.
Journalist Moore brengt daartegenin dat de kerk altijd al goed is in praten maar niet in het daadwerkelijk verbeteren van de samenleving. „Onzin”, vindt Welby. „De kerk is een van de sterkste krachten voor maatschappelijke samenhang. Wist u dat elke maand alle kerken, waarvan ruwweg de helft een anglicaanse achtergrond heeft, 23 miljoen uur aan vrijwilligerswerk besteden buiten wat ze doen in de kerk? En dat aantal uren groeit. Er zijn nu tussen de 1200 en 2000 voedselbanken waarbij de kerk betrokken is. Tien jaar geleden was er nog niets. Er zijn voorgangers in elk verarmd gebied van het land. Dit gebeurt uit oprechte geestelijke betrokkenheid. We zijn niet de rotary met een puntdak.”