Opinie

Commentaar: Overheid mag minder regels maken

Een kerkelijke gemeente is actief met kinder­evangelisatie. Jaarlijks, na de zomervakantie, organiseert zij een voor iedereen toegankelijke spelletjesmorgen, die traditioneel wordt afgesloten met een pannenkoekenmaaltijd. Totdat... iemand uit de evangelisatiecommissie de vraag opwerpt of dat eigenlijk wel mag: zomaar, op je eigen fornuis, zonder toezicht op hygiëne en dergelijke, voor een grote groep onbekenden pannenkoeken bakken. Moet je dan niet aan allerlei regels voldoen? Heb je misschien een vergunning nodig?

8 July 2013 11:21Gewijzigd op 15 November 2020 04:37
Buma. Beeld ANP
Buma. Beeld ANP

In dit concrete geval bleek het mee te vallen. Maar het voorval laat wel zien hoe we ons in Nederland steeds vaker in de eigen voet schieten door een overmaat aan regels, bepalingen en inperkingen. Want wat is nu mooier dan dat maatschappelijke organisaties, kerken incluis, initiatieven ontwikkelen die onze samenleving leefbaar houden en die de kwaliteit van ons samenleven verhogen? Maar voor we het weten, drukt in onze overbezorgde en bemoeizieke tijd de overheid zulke initiatieven de kop in.

Over deze problematiek publiceerde de Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling (RMO) eind vorige week een lezenswaardig advies, getiteld ”Terugtreden is vooruit zien”. Kern van dit advies: de overheid moet stoppen steeds weer nieuwe regels te maken, zij moet vaker terugtreden en toelaten dat burgers allerlei zaken zelf organiseren. In dat licht zal de overheid ook vaker moeten „accepteren dat er verschillen ontstaan in identiteit, omvang, keuzeaanbod en kwaliteit van voorzieningen als zorg, onderwijs en welzijn.”

De Nederlandse politiek zou er goed aan doen dit RMO-advies eens grondig te bestuderen. Om dan vervolgens met een gefundeerd en doordacht antwoord te komen.

Nee, zo’n doordacht antwoord is niet dat „de overheid burgers meer moet vertrouwen”, zoals CDA-leider Van Haersma Buma zaterdag in Trouw uit zijn mond liet optekenen. Zeker, onderling vertrouwen is in elke samenleving van groot belang, maar het is zeer de vraag of in het debat over overregulering ”vertrouwen” nu echt het sleutelwoord is. Daarvoor zijn er immers veel te veel voorbeelden van kwesties (belastingtoeslagen!) waarin de overheid nu juist te véél vertrouwen schonk, en daar zeer beschaamd mee uitkwam.

Een belangrijker sleutel in de aanpak van dit probleem lijkt de door de RMO gesignaleerde „gelijkheidsfuik” te zijn. Terecht stelt de raad dat we ons de achterliggende jaren in Nederland zozeer zijn gaan focussen op het gelijkheidsdogma –gelijke gevallen moeten altijd en overal voor honderd procent gelijk behandeld worden–, dat dit tot een stortvloed aan regels heeft geleid die deze gelijkheid moeten garanderen en afdwingen.

De vraag hoe Nederlandse politici en bestuurders uit deze fuik terug kunnen zwemmen, valt niet zomaar, na bijvoorbeeld een uurtje brainstormen, te beantwoorden. Dat vraagt om een ingrijpende mentaliteitsverandering. En op een grondige bestudering van de problematiek. Misschien een tip voor politici om aan genoemd RMO-advies nu eens enkele dagen van hun zomerreces te besteden?

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer