VU-docent: Kerken hebben weinig oog voor discipelschap
LEEUWARDEN. De kerkelijke interesse gaat vaak uit naar de binnenste cirkel van het privébestaan en naar de grote wereld en het wereldleed. Daarmee laten kerken kansen liggen om iets te doen met de dagelijkse leefwereld van kerkleden inzake school, werk en buurt.
Dat schrijft dr. Sake Stoppels in het blad Soteria.
Door dit over het hoofd te zien, laat de kerk ook „veel kansen liggen om mensen over de volle breedte van hun leven tot leerling van Jezus te maken”, schrijft de universitair docent praktische theologie aan de Vrije Universiteit te Amsterdam in het kwartaalblad voor evangelische theologische bezinning.
Dr. Stoppels gaat ook in op een constatering die Hans Eschbach (oud-directeur Evangelisch Werkverband) deed in zijn boek ”Voortdurend verlangen”. Er zijn niet heel veel kerkelijke gemeenten met een helder en consistent leerplan waarin bewust is nagedacht over wat men noodzakelijk acht op de leerweg in het spoor van Jezus Christus. Wat er wordt aangeboden is vaak het resultaat van een zekere toevalligheid, aldus de auteur. „De hobby’s en voorkeuren van de dominees zetten de toon. Er is alle reden het vormingsaanbod goed tegen het licht te houden. Met name ook vanuit de vraag in hoeverre het bijdraagt aan de groei van gelovigen in de navolging van Christus.”
Stoppels constateert in het artikel dat veel kerken geen heldere inhoudelijke verwachtingen hebben over wat lidmaatschap betekent. Er wordt te veel gefixeerd op „de bv Kerk” terwijl het in de kerk uiteindelijk altijd draait om „de open vennootschap van het koninkrijk van God”, betoogt hij.