Komend jaar minder nieuwe monumenten
De landelijke overheid gaat in het komende jaar weinig nieuwe Rijksmonumenten aanwijzen om de werkachterstand bij monumentenzorg weg te werken. De adempauze biedt ook gelegenheid om een nieuw selectiebeleid te ontwikkelen.
Dat schrijft staatssecretaris Van der Laan van Cultuur aan de Kamer in een brief over de bezuinigingen op haar beleidsterrein. Ze is de eerste bewindsvrouw sinds jaren die moet bezuinigen op kunst en cultuur: 19 miljoen op een totaalbudget van 667 miljoen euro.
Ook het onderdeel monumentenbeleid ontkomt niet aan bezuinigingen. „Er zijn nu 55.000 monumenten, daar komt alleen maar bij. We moeten kritisch gaan selecteren, ons afvragen wat je als Rijk kunt loslaten”, aldus Van der Laan.
In het nieuwe selectiebeleid zal de bewindsvrouw ook aangeven hoe om te gaan met de „grote naoorlogse bouwproductie” en met mobiel erfgoed, zoals schepen, treinen en vliegtuigen.
Zoals de bewindsvrouw eerder had aangekondigd, gaat ze het budget voor instellingen die ondersteuning bieden aan kunst en cultuur meer korten dan de organisaties zelf die zich met kunst en cultuur bezighouden. Eerstgenoemde groep krijgt te maken met een korting van 10 procent, de tweede met 2,5 procent. Welke organisaties precies met hoeveel korting te maken krijgen, heeft Van der Laan nog niet bepaald. Ze zei maandag dat er bijvoorbeeld in de muziekwereld wel erg veel kleine organisaties actief zijn.
De extra subsidie voor kunstinstellingen om nieuw publiek te trekken (3 procent van het budget), verdwijnt vanaf 2005. De subsidie was een maatregel van haar voorganger uit het tweede kabinet-Kok, Van der Ploeg.
Van der Laan gaat in de komende jaren niet alleen bezuinigen. Er komt extra geld voor de informatie- en communicatietechnologie, oplopend tot 9 miljoen in 2007. Ook voor cultuureducatie en bibliotheekvernieuwing komen extra budgetten: respectievelijk 22 miljoen en 20 miljoen per jaar in 2007.
Van der Laan presenteerde maandag ook haar visie op de richting die kunst en cultuur in de komende jaren op moeten gaan. De bewindsvrouw vindt dat cultuur een grotere rol moet spelen in onderwijs, economie en openbare ruimte. Volgens de bewindsvrouw is het tijd voor een sterker cultureel bewustzijn: „Het onderwijs moet allianties aangaan met onder meer theaters en musea.”