Dat adviseert P. Stallen, bijzonder hoogleraar geluidshinder aan de Universiteit van Leiden. Stallen lanceerde zijn plan donderdag tijdens een studiedag van de Commissie Regionaal Overleg Schiphol.

„Wie wil weten wat de verwachte lawaaikracht is voor de plaats waar hij woont of werkt, krijgt dat te zien door die plaats op een website aan te klikken”, lichtte Stallen zijn plan toe. „Of hij krijgt het lawaaibericht te horen als hij zijn postcode intoetst op de telefoon.”

Stallen heeft ook een schaal bedacht waarop de geluidsoverlast kan worden afgelezen. Die varieert tussen lawaaikracht 0 tot en met 8. De bovengrens van de schaal staat ruwweg gelijk aan de herrie bij een startbaan op Schiphol tijdens de piekuren. Alle overlast onder de 70 decibel wordt als lawaaikracht 0 genoteerd.

De grens van 70 decibel is geen willekeurige, zegt Stallen. „Bij die geluidsbelasting moet je duidelijk harder gaan praten. Het is ook een drempel die uit gezondheidskundige studies komt. Ongewenste lichamelijke effecten kunnen zich boven de 70 decibel voordoen. Al moet het dan wel gaan om langdurige en aanhoudende belasting.”

Een uur met geen enkele overschrijding van de door hem gestelde nullijn is zeker niet altijd een stil uur, beseft Stallen. „Lawaai is nu eenmaal een beoordeling, en dus afhankelijk van individuele en sociale factoren.”