Economie

Pensioenstelsel vertoont fikse scheuren

De laatste jaren staan pensioenen steeds meer in de belangstelling. Ons pensioenstelsel, dat bouwwerk waarop iedereen blind vertrouwde, blijkt fikse scheuren te vertonen.

André van Luijk
6 June 2013 09:29Gewijzigd op 15 November 2020 03:59

Kunnen pensioenfondsen hun verwachtingen nog wel waarmaken? Wat is er eigenlijk aan de hand, wat zijn de oplossingen en kunnen wij er zelf iets aan doen?

De reden dat beloften van pensioenfondsen onder druk staan heeft drie oorzaken: de beleggingsresultaten vallen tegen, de rente staat historisch laag en mensen worden gemiddeld ouder.

Na jaren van enorm hoge resultaten leek de praktijk op de aandelenbeurs op een loterij zonder nieten waarmee iedereen slapend rijk kon worden. Ook pensioenfondsen deden met dit spel mee. Door de diepe economische crisis levert de beurs voorlopig echter niet de hoge beleggingsrendementen op die we gewend waren.

Tweede punt is dat de rente op dit moment laag is. In het verleden –toen de rente hoog was– investeerden beleggers wanneer aandelen wat minder rendeerden in rentedragende producten. Bij een lage rente zijn deze investeringen minder interessant. Daarnaast is het zo dat ook de uitkeringen van de pensioenen berekend worden aan de hand van de rente. Pensioenfondsen hebben dus op twee manieren last van de lage rente. Omdat overheden, bedrijven en consumenten met een enorme schuldenlast kampen, zal de komende jaren de nadruk op aflossen liggen en niet op kredietverlening. De verwachting is dan ook dat op korte termijn de rente laag blijft.

Derde oorzaak voor de noodlijdende pensioenfondsen is de stijgende levensverwachting. De kans van een 65-jarige om 80 jaar te worden is volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek het afgelopen decennium sterk gestegen. In 2010 was deze kans, dankzij de lagere sterfte­risico’s, voor mannen 63 procent. Tien jaar eerder was dat maar 52 procent. Een pensioenfonds moet dan het opgebouwde vermogen over meerdere jaren verdelen, waardoor er per jaar minder uitgekeerd kan worden.

Oplossingen voor deze problemen zijn maar moeilijk te vinden. De pensioenleeftijd laten stijgen met de levensverwachting helpt gedeeltelijk. Verder is het mogelijk de premies te laten stijgen, zodat er meer inkomsten zijn. Maar in perioden van economische neergang zitten werknemers en werkgevers daar niet op te wachten. Een derde mogelijkheid is het korten van de pensioenen. Deelnemers van een pensioenfonds accepteren dan met elkaar dat er te weinig is opgebouwd en krijgen een lagere uitkering. Een laatste optie zou zijn: op een betere manier beleggen. Dat is echter vrijwel onmogelijk.

Verder zien we dat door allerlei rekentrucs –zoals een fictieve hogere rekenrente– geprobeerd wordt het plaatje er beter uit te laten zien. Eigenlijk wordt het probleem dan vooruit geschoven, in de hoop dat toekomstige hogere rendementen op de beurs het gaan oplossen. Gebeurt dat niet, dan worden de problemen eerder groter dan kleiner.

Kunnen we er zelf iets aan doen? Ja. Eigenlijk is het heel eenvoudig. Je moet leven van wat je overhoudt. Dit is het verschil tussen inkomsten en lasten. Voor een pensioenuitkering streef je naar een zo hoog mogelijk inkomen, maar door bijvoorbeeld je hypotheek voor de pensioendatum af te lossen kun je ook je lasten verlagen. Andere mogelijkheden zijn zelf sparen of langer doorwerken. Ook kun je je wensen aanpassen aan het dan beschikbare maandelijkse budget.

De auteur is financieel planner en erkend hypotheekadviseur.Reageren? financieel@refdag.nl

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer