Dat zei de bewindsvrouw woensdag in Den Haag nadat ze een rapport van de Socialistische Partij (SP) over het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (vmbo) in ontvangst had genomen.

De SP vindt ook dat er in het onderwijs meer rekening gehouden moet worden met de verschillen tussen leerlingen. De SP komt op voor de groep van 60.000 zorgleerlingen in het vmbo. Die dreigen af te haken omdat ze niet in grote klassen kunnen functioneren en te weinig praktijkgerichte lessen ontvangen.

Van der Hoeven erkent het probleem. Ze wil dat scholen meer ruimte krijgen om deze leerlingen tegemoet te komen. Ze wees er woensdag op dat de meeste scholen eigenlijk nu al geen basisvorming aanbieden aan alle leerlingen. De onderwijsinstellingen houden volop rekening met de verschillen die er tussen leerlingen bestaan. Het aanbieden van dezelfde leerstof aan leerlingen met een verschillend niveau is volgens de bewindsvrouw onmogelijk: „We moeten afscheid nemen van dit dogma uit de jaren tachtig en negentig.”

Het idee van de basisvorming is dat alle leerlingen eerst in één klas komen. Na twee of drie jaar krijgen ze pas onderwijs op hun eigen niveau. „De werkelijkheid heeft deze theorie achterhaald”, zei de minister woensdag. Geen enkele school werkt volgens deze principes. Volgens de minister is er een andere insteek nodig: „Erken de verschillen, dan geef je leerlingen pas een gelijke kans.” In die zin is de minister het eens met het SP-rapport.

Cijfers van de onderwijsinspectie lieten al eerder zien dat de brede brugklas, met leerlingen die later naar uiteenlopende schooltypes gaan, op haar retour is. De helft van de leerlingen in het eerste jaar van het voortgezet onderwijs zit nu alweer in een brugklas van een bepaald schooltype.

Minister Van der Hoeven heeft enkele maanden geleden een taakgroep in het leven geroepen die de basisvorming kritisch onder de loep moet nemen. De groep moet begin volgend jaar met een advies komen. Volgens een woordvoerder van de minister heeft deze taakgroep bewust een heel brede opdracht meegekregen. Volgens hem blijkt ook daaruit dat de minister af wil van de basisvorming.

Overigens verraste Van der Hoeven de Tweede Kamer woensdag ook met een voorstel om scholen meer vrijheid te geven in de zogenaamde tweede fase, de laatste leerjaren van het voortgezet onderwijs.