Genade verlost van materialistisch leven
Onthechting, ontkramping en onthaasting. Prof. dr. W. H. Velema riep er zaterdag toe op tijdens de Bondsdag van de Nederlandse Hervormde Mannenverenigingen op gereformeerde grondslag. Ds. J. Belder zei dat „genade verlost van een egocentrisch, materialistisch gericht leven.”
„Een hart vol dankbaarheid paart zich met daden. Pas als onze daden onze woorden dekken, kunnen wij spreken van recht belijden”, zei ds. H. Visser, hervormd emeritus predikant te Katwijk aan Zee, tijdens de opening. „Christenen dienen zelf bundels van liefde te zijn, door woord en daad.”
Tijdens de bondsdag werd nagedacht over het christen-zijn in een economisch gerichte tijd. Ds. J. Belder sprak over de christen en zijn Bezitter. Wie is nu eigenlijk een christen, vroeg de hervormde predikant van Nieuw-Lekkerland zich af. „Het blijkt dat we ook christen in naam kunnen zijn, een ”naamchristen” dus. Maar de christennaam is meer dan een etiket. Een christen is iemand die door een levend geloof aan Christus verbonden is. Hij is met Hem gestorven en opgewekt en gebracht tot het leven van de navolging, dat overigens niet hetzelfde is als Hem imiteren”, aldus de predikant.
Verkeerde paard
De vraag dringt wie wie bezit, zei ds. Belder. „Bezit ik mijn bezit? Of bezit mijn bezit mij, en ben ik ervan ’bezeten’? De breuk met God betekent ook een breuk met de medemens. We zijn geneigd ons op onszelf te richten, en niet op God en de naaste. Maar hoe bestaat onze catechismus het dan toch een mens aan het woord te laten die beweert rijker en gelukkiger te zijn dan misschien wel de rijkste miljardair?”
Ds. Belder wees op het „geheim, Jezus Christus. Hij zocht me door Zijn Woord en Geest en trok mij door Zijn liefde. Nu ben ik Zijn eigendom. Hij heeft mij niet geroofd: Hij kocht mij.” „De rijke man in het Evangelie is niet bereid tot het offeren van zijn geld. De liefde tot zijn bezittingen komt op de eerste plaats. Als het erop aankomt, heeft hij liever goud dan God. Hoevelen bedoelen ook vandaag niet goud in plaats van God als ze zingen: God heb ik lief…?”
De predikant benadrukte dat de dienst des Heeren zichtbaar wordt naar de wereld toe. „Juist genade verlost van een egocentrisch, materialistisch gericht leven. Kunnen genieten van ons bezit is ook een genadeweldaad. We zijn hier maar vreemdelingen. Onze Meester geeft Zijn kinderen geen vestigingsvergunning, maar een doorreisvisum!”
Ds. Belder zei dat velen „de vingers hebben afgelikt” bij het beleggen in met name de IT-branch. „Totdat de ontnuchtering kwam. Velen bleken op het verkeerde paard te hebben gewed. Zelfs refo-paarden kunnen in hun loopbaan struikelen en uit de baan lopen!”
Cultuuropdracht
Dr. W. H. Velema hield ’s middags zijn betoog over de christen en zijn bezit. Dr. Velema: „De tendens van onze tijd is geld en goed te verwerven om daarmee royaal te kunnen omgaan, zowel in het besteden als in het vermeerderen ervan. Bezitten, vermeerderen, met de heimelijke bedoeling erover te heersen, maar met het onontkoombare gevolg erdoor beheerst te worden. Het is duidelijk dat deze levenshouding leidt tot een verzakelijking van het leven.”
De emeritus hoogleraar weet maar één wapen hiertegen: „bekering tot de levende God. En dat bij de voortduur, niet alleen de eerste stappen op de weg van de bekering, maar een geestelijke groei in rentmeesterschap en vreemdelingschap. Dat is de hoge roeping van de mens, de cultuuropdracht. De zonde leidt tot misbruik van de gaven. Hierdoor waant de mens zich heer en meester, maar wordt ten slotte slaaf. Hij regeert niet, maar wordt geregeerd. Wij kunnen slechts als pelgrims omgaan met geld en goed.”
Het pelgrimsschap betekent volgens dr. Velema dat geld en goed nooit het hoogste of het laatste zijn. „Ze zijn middel voor onderweg, levensvulling met het oog op het grote levensdoel, de voleinding.”
De Apeldoornse ethicus riep op tot „onthechting, ontkramping en onthaasting. Waar uw schat is, daar zal uw hart zijn. U kiest uw schat. Daartoe wordt u opgeroepen. Dan beslist de schat over uw hart, dat wil zeggen: de schat beheerst uw leven en uw toekomst. De keus is uw verantwoordelijkheid. U gaat met uw schat ten hemel of ten onder.”