Opinie

Over invloed van vrouwen op geschiedenis valt nog veel te onthullen

Het stond boven de publicatie die het Reformatorisch Dagblad onlangs afdrukte in de bijlage Puntkomma: ”Moeder van de Afscheiding”. Meteen was mijn belangstelling gewekt.

Jan van Klinken
21 May 2013 22:07Gewijzigd op 15 November 2020 03:41

Lees hier het artikel uit Puntkomma.

Stiekem hoopte ik op een onthulling dat niet ds. Hendrik de Cock de Afscheiding op zijn naam had staan maar eigenlijk zijn vrouw. Hoe herkenbaar immers? In gedachten zie je de predikant in oktober 1834 door zijn pastorie ijsberen. Hij en zijn gemeente van Ulrum staan op het punt zich van de Nederlandse Hervormde Kerk af te scheiden. Maar wat zullen de gevolgen zijn? Splijtende ruzies in allerlei verbanden? De Cock weet het even niet meer. Maar dan vermaant zijn vrouw hem. De prediking van de zuivere waarheid is in het geding, houdt ze haar man voor. Nu is de teerling geworpen. Zijn besluit staat vast. En zo zorgt een vrouw ervoor dat in het Groningse dorp de kiem wordt gelegd voor een gebeurtenis die bepalend zou zijn voor de vaderlandse kerkgeschiedenis.

Mijn fantasie bleek niet te sporen met de werkelijkheid. De auteur, dr. Herman Veldman, had best wel de nodige aanwijzingen over de rol van Frouwe de Cock kunnen achterhalen maar van een beslissende duw had hij niets kunnen bespeuren.

Over de rol van vrouwen achter de schermen is al heel wat geschreven maar ik ben ervan overtuigd dat we nog heel veel niet weten en misschien ook wel nooit te weten zullen komen. Wij haantjes houden immers de eer graag aan onszelf. Vrouwen hebben daar minder last van. Prinses Beatrix bijvoorbeeld heeft er nooit een geheim van gemaakt dat ze zich steevast liet adviseren door prins Claus. Niemand die toen dacht: Valt me tegen, ik meende dat ze het alleen wel af kon. Maar een premier die bekent dat hij zijn belangrijkste beslissingen altijd in samenspraak met zijn vrouw neemt, kan aan de bak. Een watje, zal de reactie zijn.

Ongetwijfeld is er op dit punt nog veel te onthullen. Wie weet helpt het als ik put uit de eigen oude doos. Begin jaren tachtig werd ik samen met een collega op het spoor van een kwakzalver op de Veluwe gezet. De man kwam uit de gezindte, sprak de taal en smeerde zijn patiënten onderwijl tassen vol dure preparaten aan. We publiceerden erover en kregen een reactie van een boze patiënt die meende veel baat bij ’s mans therapie te hebben gehad. Niet lang daarna kregen we een telefoontje van hem vanuit het academisch ziekenhuis. Hij had op het randje van de dood gelegen. Hij vertelde dat de hoogleraar die hem had behandeld, zijn verhaal had aangehoord en toen over de kwakzalver had gezegd dat die man een moordenaar was.

Die uitspraak werd de geplande kop boven het vervolgartikel dat mijn collega en ik voor deze krant schreven. Onder de maaltijd bij mij thuis spraken we erover. Daarop reageerde mijn vrouw dat die kop toch wel erg heftig was. ”Moordenaar”, dat was nogal wat. Deze kritiek namen we ter harte en we besloten ervan te maken: ”De professor zei: Die man is levensgevaarlijk”. Prompt werd de hoogleraar door de kwakzalver gedagvaard. De rechter oordeelde dat de uitspraak in de krant wel ver ging maar binnen de grenzen bleef.

Of dat ook de uitspraak was geweest als de oorspronkelijke kop was geplaatst, valt met recht te betwijfelen. Dan hadden we wellicht diep door het stof gemoeten en zelfs een schadevergoeding moeten betalen, ook al citeerden we een derde. Zo’n smet op je blazoen kom je niet snel te boven. Misschien had ik de journalistiek dan wel vaarwel gezegd en had ik nooit meer over de invloed van vrouwen op de geschiedenis gepubliceerd.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer